Advertentie
financiën / Nieuws

Markt wil graag maar heeft geen geld

De kredietcrisis kan een stimulans zijn voor publiekprivate samenwerking. Maar dan moeten de private partners wel aan geld kunnen komen.

13 maart 2009

De renovatie van het donderdag officieel opgeleverde ministerie van Financiën heeft 173 miljoen euro gekost. Een consortium bestaande uit Strukton, Burgers Ergon, GTI, ISS en financiers ABN Amro en Dutch Infrastructure Fund heeft het gebouw (her)ontworpen, verbouwd en gefinancierd en gaat 25 jaar lang onderhoud en exploitatie doen. Door de publiek-private samenwerking (PPS) is opdrachtgever Rijksgebouwendienst naar schatting vijftien procent goedkoper uit dan bij een ‘traditionele’ aanbesteding.

 

De kredietcrisis is tegelijk een stimulans en een barrière voor publiek-private samenwerking. Overheden willen de economie stimuleren door grote bouwprojecten uit te voeren - het liefst tegen zo laag mogelijke kosten. PPS kan dan een oplossing zijn, zo blijkt bij het Financiën- gebouw. Bij PPS-projecten dragen de marktpartijen (een deel van) het risico. Dat moet hen bewegen om innovatiever en goedkoper te werken.

 

Nu de bouwsector stilvalt, dringen marktpartijen aan op meer en versnelde overheidsprojecten. Hoe die worden aanbesteed, maakt voor hen niet zoveel uit. Moet het via PPS, dan maar via PPS. Probleem is echter dat marktpartijen door de kredietcrisis zelf amper aan geld kunnen komen en dus moeite hebben de risico’s van een PPS te financieren.

 

‘De private kant in PPS heeft het lastig’, merkt Pauline Bieringa van BNG. ‘Soms moeten overheden een vervangende partner zoeken in een project. Vooral bij grotere projecten is het lastig om de financiering rond te krijgen. Grote gemeenten houden er al rekening mee dat bedrijven afhaken.’ Volgens Bieringa kloppen veel marktpartijen voor financiering aan bij de BNG, omdat commerciële banken terughoudender zijn geworden bij kredietverstrekking.

 

‘Commerciële banken sturen vaak aan op PPS, omdat ze aan de complexere financiering meer kunnen verdienen. Wij gaan daar iets anders mee om. We kijken ook naar de toegevoegde waarde van PPS ten opzichte van traditionele aanbesteding. We doen geen concessies aan onze veilige portefeuille, ook al krijgen we nog zoveel aanbiedingen.’

 

Om projecten vlot te trekken, kunnen overheden overwegen zelf een groter deel van het financiële risico van een PPSproject af te dekken of te garanderen. Bieringa is daar geen voorstander van. ‘Wat blijft er over van PPS als je de financieringrisico’s bij de overheid legt? Dan haal je de P van privaat uit PPS. Dat is hooguit een tijdelijke oplossing.’ Bieringa ziet meer in de komst van nieuwe financiers op de PPS-markt, zoals pensioenfondsen. ‘De Nederlandse markt was voor institutionele investeerders niet interessant vanwege de lage marges. Dat is nu anders. Wellicht kunnen ze ook PPS- projecten financieren.’

 

Geen terugval

 

Marleen Hermans van de directie PPS van de Rijksgebouwendienst vindt het logisch dat marktpartijen PPS nu een interessante optie vinden. ‘Bij PPS heb je een stabiele opdrachtgever - de overheid - en gaat het om langjarige contracten. Dat is voor banken aantrekkelijk.’

 

De Rijksgebouwendienst overlegt met andere grote opdrachtgevers zoals Rijkswaterstaat en met marktpartijen hoe momenteel het beste PPS-projecten kunnen worden vormgegeven. De dienst heeft recent de ontwerpvergoeding voor marktpartijen die aan een DBFMO-project (Design, Build, Finance, Maintain en Operate) willen meedoen verhoogd van maximaal 150.000 naar maximaal één miljoen euro.

 

‘De projecten die bij ons in de pijplijn zitten, gaan gewoon door. Ik merk geen terugloop in aantallen. Maar we kijken wel scherper naar de financiering. We voelen er niets voor om financiering over te nemen van marktpartijen. De F van finance zit niet voor niets in DBFMO, die prikkel willen we houden. Aan de andere kant moet je nu als overheid ook niet het onmogelijke van de markt vragen.’

 

Enorme push

 

Directeur Harry Sterk van PPS Netwerk Nederland, waarin zowel private als publieke partijen zijn verenigd, hoopt dat de kredietcrisis voor de definitieve doorbraak van PPS in Nederland zorgt. ‘In Groot-Brittannië heeft PPS een enorme push gekregen toen er bij overheden weinig geld was. Het zou mooi zijn als de kredietcrisis hetzelfde effect in Nederland heeft. De beleidsagenda van de overheden verandert niet, maar de publieke financiële middelen worden krapper. Met PPS kunnen overheden goedkoper en kwalitatief beter projecten realiseren.’

 

Waar Bieringa van de BNG het gevaar ziet dat overheden zelf te veel financiële risico’s op zich nemen, waarschuwt Sterk voor het omgekeerde. ‘PPS is voor marktpartijen nu extra interessant omdat de overheid meedoet, en dat is natuurlijk voor banken een betrouwbare partner. Maar we moeten oppassen dat publieke partijen geen rare risico’s bij de markt neerleggen.’

 

Volgens Sterk ligt de bal nu bij de overheden. ‘Je moet PPS wel willen. Niet alle projecten kun je via publiek-private samenwerking regelen, maar het zou zonde zijn als overheden kiezen voor traditionele uitvoering als PPS een goede optie is. Ook in deze moeilijke markt kan er voor goede projecten financiering worden gevonden.’

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie