Advertentie
financiën / Column

‘Ribezu'

SPUK, een onmogelijke ambtenarenafkorting. De afgelopen jaren wilde men het aantal specifieke uitkeringen terugdringen, maar dit is mislukt

31 augustus 2022

Afkortingen, we kunnen niet zonder. Ze automatiseren ons leven, zodat we niet elke keer een hele mond vol hoeven te nemen. De gebruiker moet ze wel ten minste één keer uitleggen en dan nog opletten dat hij zijn afkortingengebruik afstemt op zijn publiek. Het publiek dat zich dagelijks bedient van de onmogelijke ambtenarenafkorting ‘SPUK’ móet wel heel, heel klein zijn. Toch gaat achter deze afkorting jaarlijks 13,5 miljard euro (ruim 23 keer de begroting van Leeuwarden!) aan rijksgeld schuil. Het is de afkorting waarin alle Rijksbedilzucht samenkomt. We hebben het over de ‘specifieke uitkering’.

Gemeenten hoeven over geld dat via het Gemeentefonds ter beschikking wordt gesteld, géén verantwoording af te leggen aan het Rijk. Dat immers aan de gemeenteraad. De raad bepaalt waaraan het geld wordt uitgegeven en controleert die besteding. 

Een heel democratisch principe, alleen één waar rijksambtenaren nou jammer genoeg geen boodschap aan hebben. Op deze manier geld ter beschikking stellen zorgt namelijk dat je als rijksoverheid geen controle hebt op waaraan het precies wordt uitgegeven. En dat wil je wel als rijksambtenaar, want dan kan je minister ook aan de Tweede Kamer blijven uitleggen dat het geld goed wordt besteed. Je wilt dus voorwaarden vooraf kunnen stellen en achteraf kunnen controleren.

Hét instrument daarvoor is de specifieke uitkering. ‘SPUK’ dus, hoewel taalkundig gezien ‘SU’ (vrij sinds het verdwijnen van de Sovjetunie) of ‘Spuit’ meer voor de hand zou liggen. Nog niet zo lang geleden was het rijksbeleid om de specifieke uitkeringen aan gemeenten zoveel mogelijk terug te brengen. Tussen 2009 en 2017 nam het aantal af van 109 tot 21.

Maar net als Japanse Duizendknoop zijn ze onuitroeibaar. Inmiddels zijn het er alweer 131, schrijft minister Bruins Slot. En ze blijven er maar bij komen: zo kondigden de bewindspersonen voor Langdurige Zorg, Jeugdzorg en Sport onlangs aan een nieuwe SPUK in het leven te willen roepen die bestaande regelingen bundelt ‘ten behoeve van het bevorderen van de gezondheid, sport- en beweegstimulering, cultuurparticipatie en het versterken van de sociale basis’. Bundelen is goed, zou je dan denken. Dus er komen per saldo mínder SPUKs? 

Nee. In de voorgenomen bundeling komen vooral voormalige decentralisatie-uitkeringen te zitten. Decentralisatie-uitkeringen (waarbij je dan de afkorting ‘DEUK’ of ‘Duit' zou verwachten) werden ineens een stuk minder populair toen de Algemene Rekenkamer het Rijk op de vingers tikte: er werden steeds vaker voorwaarden aan de uitkeringen verbonden en dat mag volgens de wet niet. De reactie laat zich voorspellen. Wil je toch voorwaarden kunnen stellen, dan moet je overstappen naar een ander instrument.  Dus de regelingen zónder voorwaarden vooraf worden vervangen door een regeling mét voorwaarden vooraf en controle achteraf. Zo ook de bundelregeling voor sport, gezondheid en bewegen. 

Voor het aanvragen van deze uitkeringen (vaak gaat het over enkele tienduizenden euro’s per gemeente) moeten gemeenten door allerlei hoepels springen. Daar gaan jaarlijks vele mensuren inzitten. De regelingen worden per ministerie afgekondigd, dus een standaard is er ook niet. Het is de prijs van Rijksbedilzucht. Of de kosten tegen de baten opwegen is nog de vraag.

De oplossing ligt voor de hand: minder SPUKs. Maar nee, de minister gaat de Financiële Verhoudingswet aanpassen om ze ‘eenvoudiger’ te maken en denkt daarbij aan gestandaardiseerde verantwoordingsregimes. 

‘Rijksbedilzucht’ kunnen we ook afkorten trouwens. ‘RBZ’ zou voor de hand liggen. Ambtenarenlogica volgend is het waarschijnlijker dat het ‘Ribezu’ wordt. Ik ga alvast maar stempels laten maken.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie