Polderen in de Gnephoek rondom woningbouw
De gemeente Alphen aan den Rijn wil bouwen in de polder. De provincie Zuid-Holland ziet allerlei bezwaren.
De ontwikkeling van de Gnephoek is altijd tegengehouden door de provincie Zuid-Holland. Die vond de polders ongeschikt voor woningbouw. Bouwontwikkelingen daar tasten het open karakter van het Groene Hart aan. Eind oktober kwam er een doorbraak: minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) sprak zich uit voor de bouw van 5.500 woningen in de polder.
Groene Hart
De Gnephoekpolder is een typisch voorbeeld van een weidegebied in het Groene Hart. Een vlak, agrarisch landschap met in de verte de contouren van een kerkdorp of de buitenste bebouwing van een grote stad. Het Groene Hart is geen natuurgebied, maar veel mensen vinden dat het behouden moet blijven als open landschap en laatste restje van het Hollandse cultuurlandschap. Vijfentwintig jaar geleden vond de landelijke politiek het Groene Hart zelfs zo belangrijk dat zij besloot om de hogesnelheidslijn tussen Amsterdam en Rotterdam, die vlak langs de Gnephoekpolder loopt, ondergronds te leggen. Een ondertunneling van de spoorlijn ter bescherming van de polders was best 500 miljoen euro waard, vond men.
Groeikern
Maar diezelfde Gnephoek ligt ook aan de rand van de bebouwing van Alphen aan den Rijn. Van een bescheiden naoorlogse nederzetting langs de vaarweg heeft Alphen zich sinds de jaren 70 ontwikkeld tot dé groeikern van het Groene Hart. Na een recente herindeling telt de gemeente meer dan 100.000 inwoners. En Alphen wil ook graag een deel van de grote woningbouwopgave in de Rijnlandse regio voor haar rekening nemen. Onder meer door het ontwikkelen van nu nog lege plekken binnen de bebouwde kom. Maar inmiddels is de meerderheid van gemeenteraad en gemeentebestuur van Alphen ook voorstander van het bouwen van woningen in het buitengebied. Een blik op de kaart laat snel zien waar dat het beste zou kunnen: net buiten de noordwest-grenzen van de stad, in de Gnephoekpolder.
Populaire woongemeente
Op zich geen vreemde gedachte: de Máximabrug ligt er immers al om verkeer van en naar de polder te brengen. En de polder is aan de randen al bebouwd met boerderijen, garagebedrijven en maakindustrie. De gemeente hoopt dat het ontwikkelen van de polders tot een lagere woondruk zal leiden en meehelpt om de woningbouwopgave van zo’n vijfduizend nieuwe woningen tot 2030 te realiseren. Alphen is een populaire woongemeente, op korte afstand van Den Haag, Leiden, Amsterdam en Utrecht.
Ongeschikt voor woningbouw
De ontwikkeling van de Gnephoek is altijd tegengehouden door de provincie Zuid-Holland. Die vond de polders ongeschikt voor woningbouw. Bouwontwikkelingen daar tasten het open karakter van het Groene Hart aan. Ze vragen om veel dure infrastructuur en zijn slecht voor broedende weidevogels. Bovendien is het project grondtechnisch lastig: het noordelijk deel van de Gnephoek is een voormalig veenwingebied en ligt aanmerkelijk lager dan de strook langs de Oude Rijn. Er moeten de nodige maatregelen worden genomen om een goede waterhuishouding te garanderen. Maar de provincie vond vooral dat Alphen haar woningprobleem binnenstedelijk moest oplossen. De gemeente heeft volgens Zuid-Holland binnen de bebouwde kom nog plek genoeg om de benodigde woningen te realiseren.
Doorbraak
Eind oktober kwam er een doorbraak: minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) sprak zich na een positief rapport over woningbouw in de Gnephoek van voormalig Deltacommissaris Wim Kuijken uit vóór de bouw van 5.500 woningen in de polder. Kuijken vindt dat de bezwaren van de provincie niet opwegen tegen de wens van de gemeente om ook na 2030 woningen te kunnen bouwen. Alphen wordt geheel omringd door het Groene Hart. En als de gemeente geen bouwland erbij krijgt, gaat Alphen in de nabije toekomst ‘op slot’. Van de minister mag de gemeente nu onderzoeken hoe bebouwing van de Gnephoek het best vorm kan krijgen.
Lees het hele artikel in Binnenlands Bestuur nummer 21, 11 november 2022.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.