Rekenkamer: te weinig regie op basisregistraties
Kleine fouten in basisregistraties kunnen burgers in grote problemen brengen. Daarom moet het stelsel van basisregistraties centraler worden aangestuurd en gefinancierd.
Basisregistraties helpen de samenleving aan een efficiënte dienstverlening, maar hebben ook een keerzijde: kleine fouten daarin kunnen burgers in grote problemen brengen. Om dat te voorkomen, zou het stelsel van basisregistraties centraler moeten worden aangestuurd en gefinancierd, stelt de Algemene Rekenkamer.
Fouten werken door
De Rekenkamer onderzocht het stelsel van basisregistraties vanuit het perspectief van de burger en dat van de fraudebestrijding. Die burger is wel geholpen met het eenduidige bijhouden van zijn gegevens, maar het feit dat de registraties sterk met elkaar verweven zijn, maakt diezelfde burger kwetsbaar. Een fout op één plek werkt door op andere plekken. 'Het blijkt in de praktijk moeilijk te zijn om vast te stellen in welke (basis)registraties iets is misgegaan en welke instanties dus moeten worden aangesproken, terwijl de bewijslast wel bij de burger ligt.'
Centraal meldpunt
Het rechtzetten van dergelijke problemen blijkt erg lastig, constateert de Rekenkamer, want dat moet op overkoepelend niveau, maar daar zijn juist geen voorzieningen voor. De onderzoekers bevelen aan hiervoor een 'gezaghebbend centraal meldpunt' bij de Nationale ombudsman op te zetten.
Stelsel
Het stelsel bestaat uit de volgende (deels nog toekomstige) basisregistraties: Basisregistratie Personen (brp), (Nieuw) Handelsregister (nhr), Basisregistraties Adressen en Gebouwen (bag), Basisregistratie Voertuigen (brv), Basisregistratie Kadaster (brk), Basisregistratie Topografie (brt), Basisregistratie Grootschalige Topografie (bgt), Basisregistratie Ondergrond (bro), Basisregistratie Waardering Onroerende Zaken (woz), Basisregistratie Inkomen (bri), Basisregistratie Lonen, Arbeidsverhoudingen en Uitkeringen (blau).
Fragmentarisch karakter
Voor fraudebestrijding biedt het stelsel van basisregistraties grote mogelijkheden, maar fouten (vooral in adresgegevens) spelen hier de overheid parten. Die fouten verpreiden zich immers steeds makkelijker. 'We concluderen onder andere dat er knelpunten zijn ten aanzien van de eenduidigheid van begrippen, het (her)gebruik van gegevens en de terugmelding van onjuistheden.' Het fragmentarische karakter van de huidige aanpak staat een goede fraudebestrijding in de weg.
Stelselwet noodzakelijk
De 'governance' moet dus beter en daartoe doet de Rekenkamer enkele aanbevelingen. Ten eerste zou er een stelselwet moeten komen die de minister van BZK doorzettingsmacht geeft en een meer eenduidige regie mogelijk maakt. De gegevens en de stelselvoorzieningen die voor uitwisseling zorgen zouden (meer) moeten worden gestandaardiseerd. Ook moet er een overkoepelende financiële sturing komen. (De huidige basisregistraties zijn bij vijf verschillende ministeries ondergebracht.) En ten slotte moet tarifering van gegevensverstrekking zoveel mogelijk worden voorkomen; dat werpt immers drempels op.
Reactie Plasterk
In een reactie stelt minister Plasterk van BZK in grote lijnen de aanbevelingen van de Rekenkamer te onderschrijven. Zo wijst hij onder andere op de financieringsarrangementen die onder leiding van de nieuwe Digicommissaris Bas Eenhoorn in 2015 tot stand moeten komen, en op een breder gezamenlijk wetgevingsprogramma van de ministeries van EZ en BZK. De Rekenkamer vindt echter dat de reactie van de minister verder geconcretiseerd moet worden.
Geen hond die het Besluit IVR nog kent, laat staan behoefte heeft zich eraan te houden.
Kennelijk ook de Algemene Rekenkamer niet.
"Het rechtzetten van dergelijke problemen [-] moet op overkoepelend niveau, maar daar zijn juist geen voorzieningen voor." Integendeel, dat regelt het Besluit IVR al, maar dat hebben de onderzoekers kennelijk niet begrepen. Zij adviseren een stelselwet.
"De onderzoekers bevelen aan hiervoor een 'gezaghebbend centraal meldpunt' bij de Nationale ombudsman op te zetten." Hetgeen dus regelrecht in strijd is met geest en tekst van het Besluit IVR.
Een dergelijke aanbeveling doen terwijl de overheid toch al berucht slecht is in regievoering, dat is toch wel bij voorbaat een enquete over jezelf afroepen.
Juist de samenvoeging van basisregistraties - zie http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/digitale … - concentreert alle manco's bij de burger. Terwijl de decentrale aanpak van de basisregistraties nu juist bedoeld was die burger te beschermen. En in één klap is ook het ambtelijk probleem van het 'koppelen van bestanden' uit de wereld geholpen.
"Voor fraudebestrijding biedt het stelsel van basisregistraties grote mogelijkheden,"en "Het fragmentarische karakter van de huidige aanpak staat een goede fraudebestrijding in de weg.". Daar komt de spreekwoordelijke aap uit de mouw.
"terwijl de bewijslast wel bij de burger ligt.", is wel zacht uitgedrukt en riekt indringend naar aantasting van de grondwet.
Toch makkelijk als je nog nooit van het legaliteitsbeginsel hebt gehoord.
Minister 'Een beetje integer' Plasterk onderschrijft dit sterk staaltje incompetentie dat men van de Algemene Rekenkamer niet zou verwachten.