Advertentie

Steden kansloos zonder eendracht

Rivaliserende steden als Amsterdam en Rotterdam kunnen beter samenwerking zoeken, vindt Carolien Gehrels, tegenwoordig van Arcadis. Dat brengt ze verder. Vooral op het internationale speelveld.

12 april 2015

Tot ruim een half jaar geleden was Carolien Gehrels voor de PvdA nog wethouder van Amsterdam. Nu richt ze zich als adviseur bij Arcadis op samenwerking tussen grote steden. ‘De toekomst is aan de steden’, zegt de oud-wethouder. Gehrels’ klantenkring telt voorlopig een vijftiental steden. Daaronder de miljoenenmetropolen Sao Paulo, New York, Londen, Doha, Shanghai en: ‘de regio Amsterdam-Rotterdam’. Die laatste zet Arcadis vaak als voorbeeld in bij de overige opdrachtgevers: kijk eens hoe goed zaken op orde te brengen zijn. Zie hoe het hoofd te bieden is aan de toenemende druk door de onophoudelijke toestroom van mensen.

Kralenketting
Nederland doet het volgens Gehrels mede zo goed door het polycentrisch stedenlandschap: een ‘kralenketting’ van relatief kleine steden, met Amsterdam (800.000 inwoners) als grootste. Die stedelijke structuur moet je koesteren, zegt ze, want daardoor heeft iedereen recreatie binnen handbereik. ‘Binnen een kwartier ben je de stad uit, overal.’ Ze refereert aan ‘monocentrisch’ Londen. ‘Alleen rijke Londenaars kunnen in het centrum wonen. Als ik onze medewerkers daar vraag hoelang ze onderweg zijn naar hun werk, zeggen ze zonder uitzondering: meer dan een uur. Mensen in de schoonmaakbranche wonen op twee uur afstand van hun werk.’

Goede verbindingen
Blijf zorgen voor goede universiteiten in perifere steden als Groningen en Nijmegen, zegt Gehrels. ‘Anders bezwijkt de Randstad onder de toestroom van studenten. Zorg voor goede verbindingen, dus een zweeftrein naar Groningen, dan heeft niemand een probleem, want zit je zo in de Randstad.’ Nederlandse steden hebben ook een nadeel, juist doordat er niet één immense stad is, maar meerdere kleinere. In hun ijver bedrijven aan zich te binden, steken ze elkaar de loef af. Met meer eendracht, stelt Gehrels, had Nederland de voorbije jaren vele financials en technologische start-ups méér aan zich kunnen binden, bedrijven die nu vaak voor Londen kozen.

Eén hoop
Het is een houding die je je volgens Gehrels niet langer kunt permitteren, ‘want de strijd om de multinationals is al lang geglobaliseerd’. Gigantische steden zijn concurrent en die beschikken over veel excellente kunst, cultuur en talent. Nederland heeft dat ook, maar alleen als we meer op één hoop gooien. Daarom, stelt Gehrels: profileer jezelf als eenheid en zorg er zo voor dat een bedrijf voor Nederland kiest. Wáár het landt, is vers twee. ‘Bij het promoten van Amsterdam zette ik vaak Rembrandt in, maar even goed Johannes Vermeer. Die komt uit Delft ja, maar voor een Chinees of Amerikaan is dat ook Amsterdam, omdat de afstand tussen beide steden in hun ogen echt helemaal niets voorstelt.’

Concurrentie én helpen
Gehrels zegt vele voorbeelden te kunnen geven van wethouders of burgemeesters die contact zochten met elkaar, potentiële plooien recht streken en elkaar soms openlijk steunden. Zo haalden Amsterdam en Utrecht samen de Giro d’Italia naar Nederland (2010), behoedde Amsterdam zich ervoor om Rotterdam voor het hoofd te stoten bij de verhuizing van de NRC, sloot Amsterdam de komst van het Europese hoofdkantoor van autofabrikant Tesla kort met de Brabantse Ontwikkelings­maatschappij en steunde Amsterdam de Haagse kandidatuur voor de Nuclear Summit. Maar concurrentie tussen steden bestaat natuurlijk ook gewoon nog. ‘Dat is alleen maar goed, het houdt iedereen scherp. Amsterdam is over de NRC bijvoorbeeld de strijd aangegaan met Den Haag. Nu vertrekt een krant niet snel naar het buitenland. Maar bestaat die kans wel en merk je dat een tweede stad in het spel is, dan moet je gaan praten. Samen maakt je sterker.’

Lees het hele interview in Binnenlands Bestuur nr. 7 van deze week. (inlog)

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie