Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

'Ik merkte schaamte'

Burgemeester Koen Schuiling van Groningen blikt terug op zijn geruchtmakende Lampedusauitspraak.

23 december 2022
Burgemeester Koen Schuiling
Burgemeester Koen SchuilingGemeente Groningen

Burgemeester Koen Schuiling van Groningen blikt terug op zijn geruchtmakende Lampedusauitspraak en kijkt vooruit naar het enquêterapport over de gaswinning en de gewisse toestroom van asielzoekers. ‘Ik hou mijn hart vast, want er is nog niets structureel geregeld.’

Medewerker Interne Controle

JS Consultancy
Medewerker Interne Controle

2x Projectmanager Klantcontact

JS Consultancy
2x Projectmanager Klantcontact

Het achtuurjournaal van zaterdagavond 10 april heeft nieuws. De minzame burgemeester van Groningen Koen Schuiling (Amerikanen zouden hem soft spoken noemen), heeft volgens presentator Rob Trip een ‘opmerkelijke’ uitspraak gedaan.

Schuiling heeft het aanmeldcentrum in Ter Apel in Binnenlands Bestuur ‘ons eigen Lampedusa’ genoemd. Hij was dagen beroerd geweest na een bezoek aan ‘s lands enige aanmeldcentrum voor asielzoekers. ‘De vergelijking met Lampedusa heeft heel wat teweeggebracht. Dat had ik eerlijk gezegd niet verwacht. Het was geen toevallige ingeving, maar ook niet heel beredeneerd. Ik wilde dat mensen een beeld zouden krijgen van de schandalige leefomstandigheden in Ter Apel. Dat was nodig’, zegt Schuiling.

We zijn acht maanden verder en de geest van ‘Lampedusa’ waart nog steeds rond in Groningen. ‘Niet in Ter Apel, maar ik hou mijn hart vast’, waarschuwt Schuiling in het fonkelnieuwe Market Hotel aan de Grote Markt. Maar wel in de gesprekken en ontmoetingen die de burgemeester en voorzitter van de veiligheidsregio binnen en buiten Groningen heeft. ‘Ik word echt wekelijks herinnerd aan mijn uitspraak over Lampedusa’, zegt Schuiling (63). ‘Net nog, ik kom hier binnen en loop langs een collega-bestuurder. Hij begint meteen over Lampedusa.’

Schaamte

De burgemeester van Groningen raakte kennelijk een gevoelige snaar. Welke? Schuiling: ‘Ik merkte schaamte. Er zat geen woord Spaans bij en het was ook niet overdreven. Je hebt een beeld bij Lampedusa; bij ons eigen Ter Apel hadden de meeste mensen dat beeld niet. Beelden zeggen vaak meer dan woorden.’ Schuilings vergelijking met Lampedusa miste ook in bestuurlijke kringen haar effect niet. ‘Collega’s reageerden en verdiepten zich in het onderwerp. Sharon Dijksma in Utrecht schoot te hulp, Ank Bijleveld in Almere belde. “Kan ik wat doen?” De kerken ook. Het was een grote schande dat mensen deze zomer in Ter Apel in de buitenlucht moesten slapen, maar zonder hun hulp waren de problemen niet te overzien geweest. Maar het probleem was niet opgelost. Ik hoor van burgemeesters die willen helpen, maar dat wethouders en gemeenteraden niet willen. Zij voeren een innerlijke strijd. Hoe kunnen we als beschaafd land deze mensonwaardige opvang tolereren?’

De Volkskrant portretteert Schuiling een paar dagen na het vraaggesprek in Binnenlands Bestuur. De kop: ‘Als Koen Schuiling, de burgemeester van Groningen, iets zegt, dan is daar alle reden toe.’ De krant omschrijft Schuiling als ‘een grijzende man die zelden de aandrang heeft op de voorgrond te treden, die de gave heeft om ernstig, soms dodelijk saai over te komen, en die tegelijk erg komisch is’. Maar áls hij wat zegt, dan is het ‘kraakhelder, gedoseerd en gedurfd’.

Ja, dat portret heeft Schuiling gelezen, ‘maar ik hou daar niet zo van.’ Oh?, louter loftuitingen, welke burgemeester zou geen gat in de lucht springen? Schuiling, dus. ‘Positief of niet, daar gaat het niet om. Ik zeg op dat moment wat ik te zeggen heb. Het zou er niet toe moeten doen dat Koen Schuiling dat doet. De verpersoonlijking in het ambt, en in het algemeen in de politiek, stuit mij tegen de borst.’

Rek

Voor Schuiling hoeft die aandacht voor hém niet. Liever was hij ook niet aangeschoven in het Market Hotel. Schuiling: ‘Primair niet omdat ik, samen met mijn collega’s in het veiligheidsberaad, had gewild dat er veel meer snelheid in het asielzoekersverhaal was gekomen. Dan hadden we hier niet hoeven praten over de onbeschaafde opvang van asielzoekers en was dat in een fatsoenlijk land structureel geregeld. Maar er is nog niets structureel geregeld.’ Met een beetje goede (politieke) wil had dat gekund, meent Schuiling. ‘Ik was in Ter Apel met Jaap Velema (burgemeester van de gemeente Westerwolde, red.) en staatssecretaris Eric van der Burg, toen Van der Burg zei dat we eigenlijk vier aanmeldcentra moesten hebben. Dat vond en vind ik ook. Niet alleen vanwege het verlichten van de druk op Ter Apel en de betere leefomstandigheden die we daarmee zouden kunnen creëren, maar óók omdat de opvang daarmee dichter bij de bevolking komt. Mensen werken er, ze praten erover met familie en vrienden, en zo nestelen die centra zich in Nederland. Maar door het getraineer en de ophef rond Ter Apel worden de vooroordelen over aanmeldcentra alleen maar groter.’

Van der Burg is nu bijna een jaar staatssecretaris Asiel en Migratie en nog steeds is er één aanmeldcentrum, in Ter Apel. We doen een gooi: omdat Nederland buiten Groningen het wel prima vindt zo? Lekker ver weg. Schuiling laat zo’n typische Schuiling-stilte vallen en zegt dan: ‘Misschien zit dat erachter, maar er zijn ook mensen die vinden dat het vergroten van het aantal aanmeldcentra een aanzuigende werking heeft. Daar ga ik niet over, dat is een landelijke discussie. Wij worden in Groningen geconfronteerd met de onhoudbare gevolgen van landelijk beleid. En wat ik tijdens ons gesprek in Binnenlands Bestuur in april nog onvoldoende op mijn netvlies had, was onder welke onaanvaardbare druk organisaties als de GGD, GGZ, scholen, huisartsen en politie hun werk moeten doen. Zij zeggen ook: “We hebben onze mensen anderhalf jaar lang uitgerekt, de rek is eruit. Het kan niet meer.”’

Pervers

Gelukkig lonkt er een wet die de spreiding van opvangplekken regelt. Een onbegrijpelijke wet, als de verslaggever een duit in het zakje mag doen. ‘Ik begrijp hem eigenlijk ook niet’, zegt burgemeester Schuiling zachtjes. ‘Het is treurig dat hij nodig is. Als iedere gemeente in Nederland dezelfde solidariteit zou tonen als de tien Groningse gemeenten, dan was dit probleem er niet geweest. Dus laat ik zeggen dat het goed is dat de mogelijkheid wordt gecreëerd dat alle 344 gemeenten mee gaan doen – van crisisopvang tot huisvesting voor statushouders.

Dat financiële verhaal is pervers, het is onfatsoenlijk

Maar hij is heel ingewikkeld geworden door het verhaal over de financiële aansporing om gemeenten te verleiden tot opvang van asielzoekers. Dat financiële verhaal is trouwens pervers. Daar had het niet over mogen gaan. Het is onfatsoenlijk. Je moet gewoon regelen dat het goed gaat, en dan zal het in de Randstad wat meer kosten dan in Groningen. Nu loop je het risico dat gemeenten wachten met het organiseren van opvang totdat ze er geld voor krijgen. Je hebt het paard dan echt achter de wagen gespannen, want daarmee gaat de asielcrisis nóg langer duren.’

Lang gaat het sowieso duren. Burgemeester Schuiling: ‘We hebben maar één aanmeldcentrum en je moet hopen dat die spreidingswet gaat werken. Je moet ook hopen dat dwang niet nodig is, want dat zit je al in het najaar van 2023. De wet komt al later dan we hadden afgesproken. De aantallen asielzoekers en vluchtelingen nemen toe. En dan gooit Poetin nog een paar bommen op Syrië; weer meer vluchtelingen.’ Het probleem wordt volgens Schuiling ook met de dag gecompliceerder omdat de mentale problemen van asielzoekers toenemen. ‘Mensen lijden zwaar onder de onzekerheid van de lange procedures’, weet Schuiling.

Een rare vraag misschien, maar heeft Koen Schuiling persoonlijk ook last van die voortdurende onzekerheid? ‘Ja, ik heb er mentaal ontzettend veel last van, punt. Maar dan werk je met z’n allen in Groningen aan nieuwe opvang in de Marnewaard, en dan lukt dat eigenlijk in no time. Dat geeft energie. Ik heb ook nooit gedacht: ik stop ermee. Want wat dan? Westerwolde in de steek laten? Ik heb wel gedacht: het is niet te doen. En ik ben nog steeds erg bezorgd over 2023. Zelfs als alles voorbeeldig loopt, het COA en de IND weer hun werk doen en statushouders netjes worden ondergebracht, dan nog ben je in de nasleep zeker twee jaar bezig om rust te krijgen in het systeem.’

Flauwekul

Over nasleep gesproken: eind februari presenteert de parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen waarschijnlijk haar eindrapport. Nog zo’n onderwerp dat de Randstad maar matig kan boeien. ‘Dat merk je ook’, reageert burgemeester Schuiling. ‘Net als met de opvang van asielzoekers is de schade van de gaswinning geen Nederlands probleem. Het is een Gronings probleem.’ Nu moet wel gezegd dat de enquête ‘ons tot nu niets nieuws heeft geleerd’, zegt Schuiling. ‘We weten wat de gaswinning in Groningen heeft aangericht; dat ondervinden we dagelijks. En ook hoe verschrikkelijk veel geld we bij de hersteloperatie verliezen aan bureaucratische flauwekul.

De Algemene Rekenkamer heeft becijferd dat van elke euro aan schadevergoeding 56 cent in de bureaucratie wordt gestopt. We hebben het systeem namelijk ingericht op wantrouwen. Elk bonnetje moet worden gecheckt en nog een keer gecheckt. We zijn als de dood dat we een euro te veel betalen, terwijl hier 440 miljard is weggehaald. Het herstel moet veel efficiënter en dus goedkoper worden ingericht. Het begint ermee dat je mensen vertrouwt en dat je niet bang bent om hier en daar een euro te veel uit te geven.’

We lopen altijd met een rugzak vol stenen de berg op

Met het enquêterapport wordt het tijd om het ‘aardgasboek’ te sluiten en in 2023 een nieuw boek openen, vindt Schuiling. ‘Op heel veel gebieden kan Groningen bijdragen aan de Nederlandse welvaart. De Randstad heeft er zelf belang bij dat het goed gaat in Groningen. Dat besef is er niet. Ik realiseer mij dat we altijd met een rugzak vol stenen de berg oplopen, maar het is aan ons om duidelijk te maken welke bijdragen dat zijn.’

Groningen leverde aardgas, waarom zou de noordelijke provincie niet voorop kunnen lopen bij de levering van waterstof? Schuiling: ‘Wij hebben hier de kennis om Nederland voorop te laten lopen bij de mondiale transities. Wij hebben de Eemshaven, we hebben de kennisinstellingen en de ondernemers die voorop lopen als het gaat om innovatie in de landbouw en gezond oud worden. Die positie moeten we samen met het rijk versterken. Wat in Eindhoven door samenwerking met de chips gebeurt, en rond Schiphol en Rotterdam met transport, dat zou in Groningen met energie en gezondheid moeten gebeuren.’

Nederland is te klein om er een periferie op na te houden

Probleem is: het rijk is nu nog primair gericht op de Randstad (behalve als het gaat om de opvang van asielzoekers). Burgemeester Schuiling: ‘Kijk naar de 7,5 miljard euro die Den Haag uittrekt voor de bereikbaarheid. Het kabinet zegt dat de investeringen in alle delen van het land worden gedaan, maar dan wel vooral in de Randstad. Men beseft niet dat een euro infrastructuur in de Randstad veel minder oplevert dan een euro in Limburg of Groningen. Je moet de capaciteit van Nederland buiten de Randstad zoeken. Nederland is te klein om er een periferie op na te houden.’  

CV

Koen Schuiling (Rotterdam, 1959) studeerde van 1978 tot 1984 rechten en bestuurswetenschappen aan de Rijksuniversiteit Groningen. Vervolgens werd hij daar wetenschappelijk medewerker/ universitair docent. Schuiling was van 1994 tot 1998 raadslid voor de VVD in Groningen. Van 1998 tot 2006 was hij wethouder in de stad. Van 15 november 2006 tot 1 januari 2008 was hij directeur van TCN SIG en van 1 januari 2008 tot 2009 directeur Special Projects bij TCN in Utrecht. In 2009 was Schuiling verbonden aan managementbureau Boer & Croon. Op 1 januari 2010 werd hij burgemeester van Den Helder. Op 30 september 2019 werd Schuiling burgemeester van Groningen.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie