Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

‘Met lokale ervaring beter kamerlid’

De afstand tussen gemeenten en ‘Den Haag’ overbruggen, letterlijk en figuurlijk. Dat is de gedeelde ambitie van Kamerleden die vier jaar geleden de lokale voor de landelijke politiek verruilden en in maart zijn herkozen. ‘Met ervaring in het lokale bestuur ben je een beter Kamerlid.’

16 april 2021
tweede-kamer.jpg

Voorheen decentrale politici weer herkozen

Van de 59 nieuwkomers die op 31 maart als Kamerlid zijn geïnstalleerd, komen er 23 uit de lokale en 5 uit de provinciale politiek. Vier jaar geleden maakten 22 lokale politici en bestuurders en 6 Statenleden de overstap naar ‘Den Haag’. De Kamer telde toen 57 nieuwkomers. Inmiddels heeft iets meer dan een derde van alle Kamerleden (55) een functie gehad in gemeenteraad of Provinciale Staten, zo meldt het Parlementair Documentatie Centrum. Binnenlands Bestuur sprak met zes Kamerleden die vier jaar geleden* de gemeentepolitiek achter zich lieten en Kamerlid werden en bij de laatste verkiezingen zijn herkozen. Ze hebben stuk voor stuk passie voor de politiek, een flinke dosis idealisme en zijn met een duidelijk doel voor ogen de lokale en vervolgens de landelijke politiek ingegaan. De afgelopen periode hebben ze nauw contact onderhouden met hun lokale of regionale roots en dat gaan ze ook de komende vier jaar weer doen. Beloven ze.

‘Ik hou erg van de lokale politiek’, vertelt Laura Bromet, sinds juni 2018 Kamerlid voor GroenLinks. Bromet was acht jaar raadslid en vervolgens vier jaar wethouder in Waterland. ‘Je staat dicht bij mensen en het is praktisch.’ Na twaalf jaar lokale politiek was het tijd voor een volgende stap. ‘Ik wist na al die jaren wat iedereen in een debat zou gaan zeggen. Dat is niet goed. Je moet verrast blijven worden en de nieuwsgierigheid moet niet verdwijnen.’ De liefde voor politiek heeft haar naar Den Haag gebracht. Dat geldt ook voor Kelly Regsterschot (VVD), voormalig wethouder in Landgraaf. ‘Ik ben besmet met het politieke virus. Daarnaast wil ik als schakel tussen het regionale en het landelijke fungeren. Ik hamer er telkens op dat Nederland groter is dan de Randstad. De regio kan een oplossing zijn voor verschillende problemen, we hebben volop ruimte, maar willen ook niet het afvoerputje zijn.’

Passie
Voor Regterschot, die op plek 36 staat, is het overigens nog even afwachten of ze inderdaad vier jaar verder mag. Als de VVD tot het kabinet toetreedt, is dat zeker, maar na ‘verkenners gate’ is haar functie ongewisser. De passie voor politiek was zo groot dat Hilde Palland (CDA) uit Kampen er vier jaar geleden helemaal nog niet mee wilde stoppen. ‘Ik was toen twaalf jaar raadslid geweest waarvan negen jaar als fractievoorzitter. Bij ons is de regel dat je na twaalf jaar moet stoppen.’ De kans om naar Den Haag te gaan, heeft ze benut. Al had ze ook haar twijfels. ‘De politiek wordt dan echt je hoofdbaan en Kampen-Den Haag is ver.’ Haar drijfveer om een steentje bij te dragen aan een betere samenleving, heeft de doorslag gegeven om toch voor Den Haag te kiezen. En voor vier jaar bij te tekenen.

‘Toen de Jeugdwet en de Participatiewet bij gemeenten over de schutting werden gegooid, was ik fractievoorzitter in Leudal. In Den Haag wilde ik opkomen voor deze onderwerpen en ervoor zorgen dat er meer geld naar de jeugdzorg gaat’, zegt D66- Kamerlid Rens Raemakers, die vier jaar geleden als jongste Kamerlid aantrad. Als jochie van tien wilde hij al Kamerlid worden. ‘Ik ben echt een politiek dier.’ Hij heeft het idee dat hij de afgelopen vier jaar het perspectief van gemeenten in Den Haag heeft kunnen laten horen.

‘Mijn bedoeling was om de echte wereld mee te nemen naar Den Haag en vice versa’, stelt CDA-Kamerlid René Peters, die van 2011 tot 2017 wethouder was in Oss. ‘Als wethouder zag ik dat de kaders voor de jeugdzorg niet duidelijk waren. Dat heeft geleid tot een enorme stijging van de zorgvraag en de huidige tekorten bij gemeenten.’ Als Kamerlid wil hij niet alleen ‘blind geld erbij lappen’, zoals hij het zelf noemt, maar ook kijken wat er aan die oneindigheid van de vraag naar jeugdzorg kan worden gedaan.

Appen
Via Whatsapp, werkbezoeken, mails, digitale bijeenkomsten en talloze telefoongesprekken houden de van oorsprong lokale politici contact met hun lokale roots. Zo heeft Peters een aparte appgroep rondom de jeugdzorg. ‘Daarnaast leg ik veel werkbezoeken af en bel ik heel veel. Het voordeel van een landelijke partij die ook lokaal veel vertegenwoordigers heeft, is dat de lijnen kort zijn.’ Hij heeft een eigen podcast, website en nieuwsbrief waarvoor hij vooral over de jeugdzorg veel mensen spreekt. Niet alleen lokale politici, maar ook professionals en deskundigen. ‘Die gesprekken helpen me het veld beter te leren snappen. Daar komen vaak lokale vragen uit, waarvoor Den Haag met een antwoord moet komen.’

Ook over thema’s als werk en inkomen, armoede en schulden legt hij zijn oor op verschillende manieren lokaal te luister. Jan Paternotte (D66) haalt veel op tijdens de werkbezoeken die hij aflegt. ‘Ik wil echt weten waar ik het over heb. Je zit hier drie dagen per week opgesloten in het Kamergebouw. De vrijdagen gebruik ik altijd voor werkbezoeken.’

Nu zijn fractie is gegroeid, is het plan om ook op maandagen werkbezoeken af te gaan leggen. Ook belt hij veel met lokale politici. Via app-groepjes met GroenLinksers die lokaal actief zijn, contacten met haar oude collega’s in Waterland en gesprekken met mensen in de supermarkt houdt Laura Bromet voeling met wat er lokaal speelt. Het ‘oude’ netwerk van Hilde Palland is voor het Kampense CDA-Kamerlid nog steeds een goede bron van informatie. ‘We hebben veel onderling contact. Het helpt echt als je lokaal actief bent geweest. Mensen weten je nog steeds te vinden, en omgekeerd.’

‘Met ervaring in het lokale bestuur ben je een beter Kamerlid’, stelt Paternotte. ‘Kamerleden die bijvoorbeeld van een ministerie afkomen, denken te veel vanuit de theorie. Met lokale ervaring kun je beter inschatten wat wel en wat niet werkt.’

Paternotte verruilde vier jaar geleden de lokale (Amsterdamse) politiek voor de landelijke, al stond hij ook in 2010 op de landelijke D66-kanditenlijst voor D66. Pia Dijkstra kwam toen met voorkeurstemmen de Kamer in, ten koste van Paternotte. ‘Het is goed dat ik toen niet gekozen ben’, blikt hij nu terug. Hij werd raadslid en bij de raadsverkiezingen van 2018 lijsttrekker. Met D66 wist hij de grootste partij in de Amsterdamse raad te worden. Die lokale ervaring komt hem in Den Haag goed van pas, benadrukt Paternotte.

‘Als raadslid en fractievoorzitter liep ik regelmatig tegen problemen aan waar niet gemeenten, maar ‘Den Haag’ over ging.’ Als voorbeeld noemt hij de integratie van nieuwkomers, zoals Syrische vluchtelingen. ‘Zij wilden werken, meedoen en de taal leren, maar ze mochten niets. Behalve tafeltennissen. Ik wilde eerder beginnen met de integratie.’ Mede dankzij de inzet van Kamerlid Paternotte zijn in de nieuwe Wet inburgering de gemeenten straks veel meer aan zet. De wet wordt, zoals het er nu naar uitziet, per 1 januari ingevoerd.

Politiek sensitiever
Ook andere van oorsprong lokale politici zeggen dat de lokale ervaring in Den Haag van meerwaarde is. ‘Ieder Kamerlid staat open voor signalen uit het land. Maar zonder je eigen lokale of regionale netwerk en ervaring als lokaal volksvertegenwoordiger, is het nog uitdagender om je het werk als Kamerlid eigen te maken’, meent Palland. ‘Het is goed om eerst lokaal ervaring op te doen. Je weet hoe je moet debatteren, onderwerpen op de politieke agenda kunt krijgen en amendementen en moties moet schrijven’, stelt Bromet. Ook andere Kamerleden noemen het in de vingers hebben van die politieke basisvaardigheden een pre. ‘Je bent politiek sensitiever’, ervaart Kelly Regterschot. Daarnaast hebben Kamerleden die vanuit de lokale politiek komen meer oog voor de autonome rol en positie van gemeenten en provincies.

'De Tweede Kamer heeft de neiging om alles vanuit Den Haag te verordonneren, maar we hebben ook de lokale en provinciale democratie’, stelt Bromet. ‘Je moet gemeenten serieus nemen’, vult Rens Raemakers aan. ‘Ik hoop echt dat de volledige Kamer snapt waar gemeenten mee bezig zijn. Het is beter om al aan de voorkant met elkaar in gesprek te gaan.’ De verhoudingen tussen Den Haag en gemeenten moet worden verbeterd, vindt het D66-Kamerlid. Het imago van gemeentekoepel VNG is niet goed. ‘Ze wordt wel eens de Vereniging van Nooit Genoeg genoemd. Dat is jammer, want bijvoorbeeld de tekorten op de jeugdzorg zijn door Den Haag veroorzaakt.’

De uitvoerbaarheid van Haagse wet- en regelgeving staat bij de voormalige lokale politici meer op het netvlies dan bij de andere Haagse collega’s, stelt een aantal geïnterviewden ‘Ik kijk echt of besluiten die we in Den Haag gaan nemen lokaal werkbaar zijn’, aldus Peters.

‘Ik vind het belangrijk om scherp te krijgen hoe Haags beleid uitpakt’, constateert Bromet. ‘Niet alleen voor gemeenten, maar ook voor boeren, voor natuur. Daar heb ik oog voor. Veel beleid dat tot stand komt, wordt later gerepareerd omdat het schort aan uitvoerbaarheid.’ ‘Je hebt als lokaal politicus met de voeten in de klei gestaan. Daarmee heb je een beter voorstellingsvermogen of iets al dan niet uitvoerbaar is’, vindt Regterschot. ‘Ook kun je knelpunten in het proces beter inschatten en beter uitdenken of gemeenten er baat bij hebben.’

* Bromet, Palland en Regterschot zijn niet direct na de Kamerverkiezingen in 2017 als Kamerlid geïnstalleerd. Bromet volgde op 7 juni 2018 Rik Grashoff op. Palland werd op 29 mei 2019 als Kamerlid geïnstalleerd, nadat Sybrand van Haersma Buma naar Leeuwarden vertrok. Regterschot werd op 25 juni 2019 geïnstalleerd. Aanvankelijk ter vervanging van Bente Becker die met zwangerschapsverlof was. Toen Leendert de Lange de Kamer verliet, werd haar tijdelijke benoeming omgezet in een vast lidmaatschap van de Kamer.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie