Als gemeente mantelzorgers bijstaan? Zet in op preventie en innovatie
Met oog voor zorgvrager, -verlener én -proces.
Burgers die de eigen boontjes doppen, en gemeenten die hen daarbij ondersteunen. Het is ruwweg de gedachte achter onze participatiemaatschappij. Dat de praktijk weerbarstiger is, blijkt uit recente cijfers. Steeds meer mantelzorgers raken overbelast, maar weten de respijtzorg van gemeenten nauwelijks te vinden. “Hoe je dit als gemeente kunt doorbreken? Door veel meer in te zetten op preventie en innovatie”, weet adviseur Janine Steenbergen.
Vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) hebben gemeenten de taak om mantelzorgers bij te staan. Hun aanbod is groot: van keukentafelgesprekken tot mantelzorgmakelaars, van lotgenotengroepen tot digitale zorgloketten, van ontmoetingscentra tot cursussen en van mantelzorgdagen tot respijtzorg. Desondanks blijkt uit onderzoek van de VNG dat overbelaste mantelzorgers hiervan amper gebruikmaken.
Gevaar van de fuik
Waar ‘m dat in zit? Janine noemt het een ‘fuik’: “In het begin is de zorg nog goed te doen voor de mantelzorger. Maar als het gaandeweg zwaarder en zwaarder wordt, groeit ook de druk. Net als de wederzijdse afhankelijkheid tussen zorgvrager en mantelzorger. Dan blijft er weinig tijd over om aan te haken bij bijvoorbeeld activiteiten. En het wordt steeds moeilijker om afstand te nemen en de zorg tijdelijk uit handen te geven.”
Daarnaast ziet Janine dat de ondersteuning zich teveel richt op óf de zorgvrager óf de mantelzorger. “Terwijl het juist zaak is dat de gemeente met haar aanbod het totale ‘systeem’ terzijde staat. Dus zowel de zorgvrager en zijn omgeving als het zorgproces en het samenspel tussen formele en informele zorg. Wat me bovendien opvalt, is dat de gemeente heel erg focust op de overbeláste mantelzorger. Het is een fase te laat, want eigenlijk moeten we die overbelasting gewoon vóór zijn.”
Veelbelovende onlinetools
Hoe je als gemeente met deze aandachtspunten omgaat? “Door ook bij mantelzorg veel meer oog te hebben voor preventie. Maak mantelzorgers al in een vroeg stadium bewust van de fuik die loert, en help hen eruit weg te blijven. Zij moeten mantelzorg op een gezonde manier kunnen blijven verlenen en daarvoor is een langetermijnkijk nodig. De mantelzorger zelf kan deze het beste ontwikkelen, samen met zorgprofessionals. Zorg er dus voor dat zij elkaar treffen. Faciliteer daarnaast ondernemers en maatschappelijke organisaties met experimenteerruimte. Zodat zij mantelzorgaanbod kunnen vormgeven, dat gericht is op preventie”, adviseert Janine.
Volgens de adviseur liggen er namelijk kansen bij innovaties. “Vooral door nieuwe concepten te verbinden en toe te passen in de lokale situatie, kun je de zorgvrager te hulp schieten en tegelijkertijd de mantelzorger ontlasten. Denk eens aan de coöperatieve initiatieven die laagdrempelige zorg in de wijk organiseren, of die netwerken van familie, buurt en professionals creëren. Maar ook de digitale tools waarmee je dagelijks contact kunt hebben met een hulpbehoevende senior of gehandicapt kind. En de websites waarop het scala aan lokale thuisdiensten en expertises wordt gebundeld. Stuk voor stuk veelbelovende vernieuwingen die je als gemeente kunt inbedden in je zorgprocessen en -aanbod.”
Interesse gewekt?
Wil jouw gemeente ook met innovatief, preventief mantelzorgbeleid aan de slag? En is support daarbij welkom? KplusV denkt en helpt graag mee. Wij kennen – als geen ander – de ondernemers met vernieuwende ideeën, evenals de zorg- en welzijnsorganisaties. Met onze Ecosystem Canvas©-methode kunnen we zorginnovaties vervolgens goed inpassen in je lokale sociale infrastructuur. En we dragen bij aan het vormgeven en invoeren van je nieuwe beleid.
Meer weten? Bel of mail eens met onze adviseurs Janine Steenbergen en Piet van Zijl.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.