‘Kleur betekent niets voor mij’
Joyce Sylvester schopt het tot senator en tot ‘s lands eerste zwarte vrouwelijke burgemeester, ondanks ongelijkheid en onrechtvaardigheid.
Joyce Sylvester verhuist van Amsterdam naar Paramaribo en keert weer terug. Ze ervaart ongelijkwaardigheid en onrechtvaardigheid, maar ze schopt het wel tot senator en tot ‘s lands eerste zwarte vrouwelijke burgemeester. ‘Mensen zagen mij als een pionier.’
Joyce Sylvester is net senator. Buiten de vergaderzaal van de Eerste Kamer loopt ze VVD-senator barones Schimmelpenninck van der Oije tegen het lijf. Stralend zegt de barones: ‘Wat leuk om u te ontmoeten. Mijn over-overgrootvader had slaven in Suriname. Daarom komt Suriname ook voor in het boek dat wordt geschreven over onze familie.’
De doorgaans niet op haar mondje gevallen Sylvester is sprakeloos. ‘Dat haar geschiedenis voor mij weleens heel kwetsend kon zijn, kwam blijkbaar niet in haar op. Wat háár familie rijkdom en voorspoed had gebracht, betekende voor mijn voorouders armoede, verdriet en vernedering’, schrijft Sylvester in Bent ú de burgemeester? Autobiografie van een pionier.
Inmiddels al weer een paar jaar ex-senator Sylvester (55) sprak afgelopen week nog met de barones. ‘Je kunt verontwaardigd blijven, maar je kunt veel beter in gesprek gaan. Dat deed ik. Ik ben van het verbinden. Met grote ogen vertelde de barones dat ze mij totaal niet had willen kwetsen. Mijn ouders hadden lachend hun schouders opgehaald. Niets nieuws onder de zon, gewoon doorgaan.’ En dat doet Sylvester. Ze komt zeer tegen de zin van het partijbestuur in 2007 met voorkeursstemmen terug in de senaat en is tussen de bedrijven door een maand of acht waarnemend burgemeester in Anna Paulowna en daarna meer dan zes jaar in Naarden. In juni 2015 vertrekt Sylvester uit de senaat, waarna ze begin 2016 substituut ombudsman in Den Haag wordt.
“Waarom schrijf jij het verhaal niet over de weg die je hebt afgelegd?”, vraagt een uitgever. Joyce Sylvester: ‘Ik dacht: wat heb ik te vertellen? Gaandeweg viel het kwartje: een zwarte vrouw in Nederland die burgemeester wordt. Waar is het perspectief? Zo’n boek staat bij niemand in de boekenkast. Misschien had ik tóch wel een verhaal te vertellen. Mijn vader stierf in 2012. Dat was erg aangrijpend. Hij liet een schoenendoos met foto’s na van de familie, hier in Nederland en in Suriname. Ik ben gaan graven in mijn geschiedenis. Er kwam een rode draad uit. En toen was het boek zo geschreven.’
Zwarte Skoda's
Die rode draad is dat ze niet tegen onrecht kan en voor mensen wil opkomen, zegt Sylvester thuis in Huizen. ‘In mijn jeugd heb ik ongelijkwaardigheid en onrechtvaardigheid ervaren. Mijn Cito-score was 86 procent, hoog genoeg voor het vwo. Maar mijn schooladvies was lager huishoud- en nijverheidsonderwijs. We waren thuis even ontredderd. Uiteindelijk kregen mijn ouders bij de Christelijke Scholengemeenschap Oost in Amsterdam gedaan dat ik in het eerste jaar mocht laten zien wat ik kon. Je mag even klagen en uithuilen, maar je gaat door. Dat zeg ik ook tegen mijn nichtjes. Die worden moedeloos als de Belgische BinckBankbaas zwarte vrouwen vergelijkt met zwarte Skoda’s ‘die wel lekker rijden, maar waarmee je niet gezien wilt worden.’ “Tante, we werken hard, we doen mee. Waar hebben we dit aan te danken? Stopt dit nooit?”
Gewoon doorgaan, zeg ik dan. Laat je niet uit de tent lokken en vaar je eigen koers, zei mijn vader altijd.’ Zet door. Die boodschap wil Sylvester aan de hand van haar eigen ervaringen en overwinningen overbrengen in haar Bent ú de burgemeester? ‘Ik wil een inspiratiebron zijn voor mensen die niet meetellen of zich ongelijkwaardig behandeld voelen. We moeten mensen insluiten en niet uitsluiten.’ Haar eigen inspiratiebron? Sylvester, resoluut: ‘Ed van Thijn. Hij is mijn politieke vader en inspiratiebron. Hij is mij al die jaren blijven steunen en is gelukkig nog gezond en scherp van geest. Zijn ogen twinkelen. Ik overhandig hem dit weekeinde mijn boek. Zonder poespas hoor.’
Sylvester leert de burgemeester van Amsterdam in 1985 kennen, het jaar waarin ze begint met haar politicologiestudie aan de UvA (het vwo bleek niet te hoog gegrepen voor de ambitieuze Joyce). Niet via de universiteit, maar via haar moeder Margo. ‘Ze was voorvrouw bij de Dienst Was en Schoonmaak, Bad en Zweminrichtingen van de gemeente en het uitzendbureau had voor haar een nieuwe baan gevonden: assistent van de huismeester van de burgemeester aan de Herengracht. Toen de huismeester met pensioen ging, vroeg Ed van Thijn in het voorbijgaan of ze wilde solliciteren. Mijn ouders zegden de huur op en binnen een paar weken woonden ze
met mijn zus onder één dak met de burgemeester. ‘s Avonds vroeg hij mijn vader soms om te komen biljarten.’
Toilet
Ed van Thijn en Joyce Sylvester komen elkaar bijna twintig jaar later weer tegen – aan het Binnenhof. Van Thijn is sinds 1999 lid van de Eerste Kamer, Sylvester wordt dat in 2003. ‘Op weg naar mijn eerste vergadering zag ik hem komen aanlopen. Hij was in gedachten verzonken dus ik onderdrukte mijn neiging om hem te roepen. Toen hij de gang opliep, bleef hij stokstijf staan. Hij draaide zich om en keek mij indringend aan: “Ik ga nu naar het toilet, Joyce. Dát wil ik echt even alleen doen.” Ik was betrapt. We barstten in lachen uit. De boodschap was helder. Ik moest mijn eigen boontjes doppen.’
Sylvester is Eerste Kamerlid als commissaris van de koning Borghouts in Noord- Holland haar in 2008 belt. ‘Of ik wilde solliciteren op het burgemeesterschap van Anna Paulowna. Dat leek mij wel wat. Het senatorschap is prima te combineren met het burgemeesterschap. Het is zelfs een pre.’
Zonder het zelf te weten schrijft ze geschiedenis. Cameraploegen en journalisten staan op de stoep van het gemeentehuis. ‘Ik was verbaasd. Ik was net begonnen. Waar kwam die belangstelling vandaan? Ik had echt geen idee dat ik de eerste vrouwelijke waarnemend burgemeester van Surinaamse afkomst was’, lacht ze. ‘Maar het was wel zo, in 2008, hè? ‘Joyce Sylvester, eerste vrouwelijke allochtone burgemeester’, kopte Binnenlands Bestuur. Mensen zagen mij als een pionier. Natuurlijk was ik daar wel trots op, maar het verbaasde mij ook. Ik had er geen moment bij stilgestaan. Kleur betekent niets voor mij.’
Voor de buitenwereld betekent haar kleur wel heel wat. Dat merkt de nieuwbakken burgemeester een maand na haar aantreden, als Sinterklaas en zijn Zwarte Pieten hun opwachting maken in Anna Paulowna. Sylvester: ‘Hoe haalde ik het in mijn hoofd om mee te werken aan zo’n racistische traditie? Ik was mij van geen kwaad bewust. Ik heb mij nooit met Piet geassocieerd. Wij waren thuis heel alert op discriminatie, maar deze heb ik niet gezien. De samenleving was inmiddels natuurlijk veranderd, dus begreep ik het ook weer wel. Ik heb er niets mee, maar als burgemeester kijk je niet alleen vanuit jezelf naar kwesties. Je moet kijken naar wat voor de lokale gemeenschap het beste is. Als het feest niet leuk meer is, dan moet je er iets aan doen. Maar dat maakt mij niet tot een Zwarte Pietactivist.’
Naturalisatie
Of ze wil of niet, haar uiterlijk blijft een thema, en lang niet altijd negatief. Sylvester: ‘Diversiteit betekent in het ambt van burgemeester heel veel. Er stond een naturalisatie van een 3-jarig jongetje gepland. Zijn vader kwam uit Anna Paulowna, zijn moeder had een Afrikaanse achternaam. Je kunt wel een officiële tekst uitspreken en een bos bloemen geven, maar daar heeft zo’n jongetje niets aan. Dus liet ik een rode speelgoedtractor kopen en zette ik de meubels opzij om met hem te kunnen spelen. Zijn ouders hadden hem in een smoking gehesen. Hij kwam heel verlegen en met betraande ogen binnen, maar toen hij mij zag, sprong-ie in mijn armen. Hij zag een zwarte vrouw! Zou-ie bij een blanke mijnheer in de armen zijn gesprongen? De Polderbode maakte er een foto van.’
Sylvester haalt de foto tevoorschijn. ‘Moet je kijken, die ogen, die afro! Mijn vader zei: “Het is net je kind.”’ Weer belt commissaris Borghouts. Of ze wil verkassen naar Naarden, waar de burgemeester naar Groningen vertrekt en er gedoe is over de fusie met Bussum, Muiden en Weesp. ‘De eerder opgedane fusie ervaring in de Noordkop kwam van pas’.
Ook in Naarden zijn de fractievoorzitters unaniem positief over haar komst. Sylvester begint in september 2009. ‘Maar niet iedereen bleek blij met mijn komst. Ik was niet alleen vrouw, maar ook nog eens van de verkeerde partij en zwart bovendien’, zegt Sylvester. ‘Dat maakte de mijnheer wel duidelijk die mijn werkkamer binnenstormde en op hoge toon eiste dat ik zijn parkeerbon zou intrekken. “Weet u wel wie ik ben? Ik woon rietgekapt.”’ De rietgekapte mijnheer wist in elk geval dat Sylvester de burgemeester was, dat kon een andere Naardense mijnheer maar moeilijk geloven. ‘Hij bekeek mij tijdens een receptie in het gemeentehuis van top tot teen en zei toen: “Bent ú de burgemeester? Dat gelóóf ik niet!” Ik had mijn ambtsketen om.
Op zo’n moment realiseer je je dat wat voor jou heel gewoon is, dat voor anderen helemaal niet is. Best raar, want de Nederlandse samenleving was in 2009 al heel divers. Dat ik niet voldeed aan het geijkte beeld van een burgemeester, moet het openbaar bestuur zichzelf aanrekenen. Dat moet aansluiten bij de mensen en op alle niveaus en diverser worden. Dan heb ik het niet alleen over etniciteit. Het gaat om een afspiegeling van de samenleving: mannen en vrouwen, mindervaliden, verschillende etnische afkomsten en culturen. Het zal toch niet gebeuren dat het nieuwe kabinet zo homogeen is als het huidige? Maak er een club van waarin mensen zich kunnen herkennen en zich vertegenwoordigd voelen.’
Treinongeluk
In 2015 verlaat Sylvester de senaat en Naarden. Ze kiest niet voor een nieuw burgemeesterschap, maar voor de Nationale ombudsman. Joyce Sylvester: ‘Ik heb altijd willen opkomen voor mensen. Voor álle mensen. Dat doe je bij de Nationale ombudsman. Mensen moeten kunnen vertrouwen op de overheid, op de drie pilaren van de rechtsstaat. Maar ze moeten ook kunnen vertrouwen op de professionals, op de artsen en de leraren. Zonder vertrouwen van burgers zakt de rechtsstaat in elkaar. Wat er na de Nationale ombudsman komt, weet ik niet. Ik heb in 1992 bij Hoofddorp een vreselijk treinongeluk overleefd. Vijf mensen kwamen om het leven. Voor die tijd was ik een planner. In een paar seconden is alles weg. Ik heb het amper overleefd. Daarna heb ik niets meer gepland.’
Bent ú de burgemeester. Autobiografie van een pionier is deze week verschenen bij uitgeverij Atlas Contact. Prijs €19.99.
CV
Joyce Sylvester (Amsterdam, 1965) studeerde culturele antropologie, politicologie en communicatiewetenschap aan de UvA en de Universiteit Utrecht. Ze promoveerde in 2000 aan de VU. Joyce Sylvester werkte als sportjournalist bij Het Parool en als programmamaker bij Migranten Televisie Amsterdam. Daarna werkte ze van 1992 tot 1994 als controller bij het ministerie van Verkeer en Waterstaat en van 1994 tot 1998 als stafmedewerker bij de gemeente Amsterdam. Van 1998-2003 was ze bij TwynstraGudde als senior consultant eindverantwoordelijk voor het Centrum Overheid en Markt. Sylvester was van 10 juni 2003 tot 9 juni 2015 voor de PvdA lid van de Eerste Kamer. Van 1 oktober 2008 tot en met 31 mei 2009 was ze waarnemend burgemeester van Anna Paulowna. Van 14 september 2009 tot en met 31 december 2015 was Joyce Sylvester waarnemend burgemeester van Naarden. Sylvester is sinds februari 2016 substituut ombudsman bij de Nationale ombudsman.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.