Advertentie

Grootste partij verliest initiatief college-onderhandelingen

Lange onderhandelingen of dikke akkoorden zijn niet bepalend voor de levenskansen van een nieuw gemeentebestuur. En het initiatief ligt lang niet altijd bij de grootste partij.

05 maart 2010

Uit onderzoek van de Universiteit van Twente blijkt dat voor de vorming van een stabiel college van B en W, de lengte van de formatie er niet toe doet. De omvang van het nieuwe coalitieakkoord - dik en gedetailleerd of dun met alleen de voornaamste punten - is evenmin van doorslaggevende betekenis voor de levenskansen van het nieuwe college.

 

‘Hoe dikker een akkoord hoe groter het wantrouwen, is de ene interpretatie. De andere uitleg is dat je met een fors akkoord een stevig fundament legt voor een mooie toekomst. Uit ons onderzoek onder de Overijsselse gemeenten kun je niet afleiden dat de ene interpretatie boven de andere de overhand heeft’, aldus professor Bas Denters van de Universiteit Twente die het onderzoek uitvoerde naar de collegevorming in Overijssel.

 

In Overijssel haalden vijftien colleges afgelopen raadsperiode de eindstreep zonder politieke kleurscheuren, terwijl tien colleges politieke averij opliepen. ‘Van meer invloed is of er relatief weinig partijen in de raad zijn die er toe doen en dat de politieke verhoudingen worden gedomineerd door partijen die stevig in het zadel zitten’, aldus Denters.

 

Grootste partij

 

Het onderzoek van de Twentse universiteit leverde nog een opvallende uitkomst op. Het initiatief in de collegeonderhandelingen ligt niet meer vanzelfsprekend bij de grootste partij. In Overijssel had de grootste partij negen van de 24 keer het initiatief in de eerste, verkennende fase van de collegevorming. Zes keer werd een onafhankelijke derde ingeschakeld, twee keer de burgemeester (Frank Kerkhaert in Hengelo en de huidige staatssecretaris Ank Bijleveld die toen burgemeester was van Hof van Twente) en een keer een andere, kleinere partij. In de overige zes gemeenten lag het minder duidelijk.

 

In de formatiefase - als bepaald is welke partijen het college gaan vormen - lag veertien keer het initiatief bij de grootste partij, zes keer bij een onafhankelijke derde en twee keer bij een van de andere partijen. Geen van de Overijsselse burgemeesters had het initiatief in de formatie. Denters: ‘De gouden regel was - zo bleek uit het onderzoek van Pieter Tops twintig jaar geleden - dat de grootste partij het initiatief neemt. Dat is nu niet meer vanzelfsprekend. Kennelijk is dat toch wel het verschil met het monisme.’

 

De Twentse hoogleraar bestuurskunde adviseert de onderhandelende partijen om niet te veel tijd te investeren in het opstellen van een collegeakkoord, laat staan daar een heel gedetailleerd document van te maken. ‘Iedereen weet dat een collegeakkoord de tand des tijds niet kan doorstaan. Het gaat vooral om vertrouwen in elkaar. Je kunt je beter beperken tot het vastleggen van enkele hoofdlijnen en daarnaast procedurele afspraken maken hoe je omgaat met twistpunten. Ga in ieder geval niet alles dichtspijkeren. Dat leidt tot niets.’

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie