‘Ook Limburgs en Nedersaksisch voor kleuters’

Nederland moet een strategie opstellen om het Limburgs en Nedersaksisch op alle niveaus in het onderwijs te waarborgen, ook in het kleuteronderwijs. Dat is een van de aanbevelingen om de talen van minderheden te beschermen van de Raad van Europa.

Romaans en Jiddisch

De internationale organisatie in Straatsburg vindt dat het gebruik in het kleuteronderwijs moet worden bevorderd en de studie op alle onderwijsniveaus dient te worden gewaarborgd. Nederland moet van de Raad van Europa verder op nationaal niveau organen gaan oprichten die verantwoordelijk zijn voor het vertegenwoordigen van de respectievelijke belangen van sprekers van het Limburgs, Nedersaksisch, Romaans en Jiddisch. De Nederlandse regering heeft tijdens het onderzoek dat ten grondslag ligt aan de adviezen zelf toegegeven dat het in gebreke blijkt. Al decennia wordt immers alleen met de mond beleden dat het Romani – de taal die Roma en Sinti spreken – ondersteuning toekomt.

Handvest

De Raad van Europa komt met het to-do-lijstje voor Nederland op basis van het handvest voor regionale of minderheidstalen. Dat verdrag is onlangs uitgebreid met bescherming van het Papiamentu op Bonaire, Saba en Sint Eustatius, waartoe de raad van Europa eerder ook opriep.

Fries

Overigens betekent het aangaan van zo’n verplichting nog niet dat  alles in kannen en kruiken is. Een voorbeeld is het Fries, al langer een zorgenkindje in bijvoorbeeld academisch onderwijs. Er is nu wel een leerstoel waarin Nederland 340.000 euro investeert in een leerstoel. Maar de KNAW zegt in het recent uitgebrachte rapport De toekomst van de frisistiek dat het Fries toch ‘een zorgenkindje’ is. Zo is voor een bacheloropleiding 640.000 euro per jaar nodig. De Raad van Europa roept Nederland op de positie van het Fries te versterken. Zo moeten strafprocessen – met gerechtstolken – in het Fries kunnen worden gevoerd.

Groot raadsel

Kritiek uit de Raad bovendien op de toepassing van het Romani. Nederland heeft wel een contactpunt voor Roma en Sinti bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om de dialoog te stimuleren, maar hoe die dialoog plaatsvindt is voor Straatsburg een groot raadsel. Het contactpunt deelt geen informatie met de Raad van Europa over concrete acties binnen dat organisatorisch raamwerk. Dit tot ongenoegen van de Raad.