Crisisbanen om toezichthouders te ondersteunen
Het ministerie van Justitie en Veiligheid stelt voor de tijdelijke banen 60 miljoen euro beschikbaar. Met dat geld kunnen gemeenten mensen inhuren om 'relatief eenvoudige taken' uit te voeren, zoals het verwijderen van fietsen of huisvuilzakkencontrole.

Met geld van het rijk mogen gemeenten de komende maanden tijdelijke 'crisisbanen' inzetten om het werk van onder andere boa's te verlichten. Zo moeten de toezichts- en handhavingstaken, die vanwege de coronapandemie zwaarder zijn geworden, uitvoerbaar blijven.
Eenvoudige taken
Het ministerie van Justitie en Veiligheid stelt voor de tijdelijke banen 60 miljoen euro beschikbaar. Met dat geld kunnen gemeenten mensen inhuren om 'relatief eenvoudige taken' uit te voeren, zoals het verwijderen van fietsen of huisvuilzakkencontrole. Deze tijdelijke medewerkers nemen daarmee werk van boa's (buitengewoon opsporingsambtenaar) en politiemensen uit handen, waardoor zij zich meer kunnen richten op het handhaven van de coronamaatregelen. Dat schrijft de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) in een ledenbrief.
Direct ingezet
De regeling geldt van 15 december 2020 tot en met 30 juni 2021. Het ministerie betaalt voor de extra arbeidskrachten 120 procent van het minimumloon inclusief de werkgeverslasten. Het maximale bedrag per gemeente is 28.421 euro plus 2,87 euro per inwoner. Zo kan Schiermonnikoog rekenen op ongeveer 31 duizend euro en Amsterdam op zo'n 2,5 miljoen euro. Zolang de aanvraag binnen dat bedrag valt, kan de gemeente er vanuit gaan dat de aanvraag wordt gehonoreerd en kunnen de tijdelijke crisisbanen direct worden ingezet.
Dan zou Amsterdam met 872.779 (2020) dus recht hebben op 2,5 miljard Euro.
Het juiste extra bedrag zal dus € 28, 67 per inwoner zijn.
Jammer voor de gemeenten die dachten in één klap uit de financiële zorgen te zijn.