Voor de negende keer Europese verkiezingen

Vanaf 23 t/m 26 mei 2019 vinden voor de negende keer de verkiezingen voor het Europese parlement plaats. 300 miljoen Europeanen kunnen dan naar de stembus om een nieuw Europees parlement te kiezen.

De gevolgen van de brexit

Bijzonder aan deze Europese verkiezingen is dat het Europees parlement voor het eerst kleiner wordt, doordat het Verenigd Koninkrijk de Europese Unie verlaat. 27 van die zetels worden herverdeeld onder de veertien lidstaten die nu eigenlijk ondervertegenwoordigd zijn in het parlement. Het gaat hier onder meer om Frankrijk, Spanje, Italië en Nederland. Het aantal Nederlandse Europarlementariërs stijgt dan in 2019 van 26 naar 29. Drie meer dan bij de laatste verkiezingen. De 46 andere Britse plaatsen worden achtergehouden voor mogelijke nieuwe lidstaten, waardoor het totaal aantal parlementsleden wordt teruggebracht van 751 naar 705.
 

De opkomst van de Europese verkiezingen

Het is echter nog afwachten of de stijging van Nederlandse Europarlementariërs ook gevolgen heeft voor de opkomst in Nederland. Bij eerdere verkiezingen was het aantal mensen dat naar de stembus ging laag. Alleen bij de verkiezingen in 1979 en 1984 was de opkomst in Nederland hoger dan 50 procent. Bij de laatste verkiezingen in 2014 ging maar 37 procent van de Nederlanders naar de stembus. Bij Tweede Kamerverkiezingen stemt gemiddeld 80 procent.
 

Meer weten over de Europese verkiezingen?

Voor meer informatie over de Europese verkiezingen kunt u terecht op de website van de kiesraad.