De gemiddelde Nederlandse automobilist staat nog erg terughoudend tegenover het kopen van alternatief aangedreven auto’s (AFV’s), zoals de elektrische auto, waterstofauto, (plug-in) hybride of een auto die op biobrandstoffen rijdt. Dat is de voornaamste conclusie uit een consumentenonderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving.
Zowel particuliere autokopers als zakelijke rijders waarderen AFV’s gemiddeld negatiever dan benzine-, diesel- en LPG-auto’s. Dat hangt vooral samen met de huidige beperkingen van AFV’s, zoals een kleine actieradius, lange tank- en oplaadtijden en de beperkte beschikbaarheid van tank- of oplaadlocaties. Deze beperkingen zijn het grootst bij elektrische auto’s en waterstofauto’s. De terughoudendheid van autogebruikers wordt versterkt doordat AFV’s relatief duur zijn in aanschaf en doordat het aantal beschikbare modellen beperkt is.
Inhoudsopgave
Bevindingen
Rijden op elektriciteit, waterstof of biobrandstoffen, wat wil de automobilist?
Samenvatting
Inleiding: overheid streeft naar 1 miljoen elektrische auto’s in 2025
De rol van nieuwe autosoorten in het nationale beleid
Doel- en vraagstelling
Belang van het onderzoek
Enkele kenmerken van het onderzoek
De belangrijkste bevindingen
Waardering voor AFV’s
Particuliere autokopers
Zakelijke rijders
Kansrijke segmenten: welke groepen zijn het meest geïnteresseerd in een AFV?
Beleidsimplicaties
Verdieping
1 Inleiding
2 Een overzicht van het beleid in Nederland en daarbuiten
3 Relatie van dit onderzoek tot bestaand onderzoek
4 Methode
5 De voorkeuren van particuliere autokopers
6 De voorkeuren van zakelijke rijders
7 Respondenten die sneller geneigd zijn een AFV kiezen
Literatuur