Deze paper gaat in op de vraag welke planregels gemeenten in het omgevingsplan kunnen opnemen om circulair bouwen te bevorderen. Wij gaan hierbij uit van de definitie van circulair bouwen uit de Transitieagenda bouw- en infrasector.
Hierin staat de strategie om tot een circulaire bouweconomie in 2050 te komen.
De definitie luidt:
“Circulair bouwen betekent het ontwikkelen, gebruiken en hergebruiken van gebouwen, gebieden en infrastructuur, zonder natuurlijke hulpbronnen onnodig uit te putten, de leefomgeving te vervuilen en ecosystemen aan te tasten. Bouwen op een wijze die economisch verantwoord is en bijdraagt aan het welzijn van mens en dier. Hier en daar, nu en later”
Circulair ontwikkelen of bouwen is meer dan het toepassen van gebruikte (secundaire) of hernieuwbare materialen. Ook maatschappelijke opgaven zoals de energietransitie, duurzame mobiliteit, het bevorderen van gezondheid en biodiversiteit, klimaatadaptatie, de beschikbaarheid van zoet water en het voorkomen van schadelijke emissies vallen daaronder.