Vanaf de jaarrekening 2022 zullen gemeenten vermoedelijk zelf een rechtmatigheidsverklaring moeten afgeven. Daartoe moeten gemeenten hun jaarverantwoording aan een drietal criteria toetsen: het begrotingscriterium, het voorwaardencriterium en het misbruik- en oneigenlijk gebruik-criterium. Tot nu toe neemt de gemeentelijke accountant deze criteria mee in de reguliere controle op de jaarverantwoording. Deze bijdrage geeft verslag van een onderzoek onder gemeentelijke accountants. Daarbij stond de vraag centraal hoe gemeentelijke accountants op dit moment invulling geven aan deze drie criteria. Het blijkt dat de accountants de criteria verschillend interpreteren en hanteren en dat onduidelijkheid bestaat over de vraag wanneer een gemeente nu voldoet aan deze criteria. Deze onduidelijkheid kan leiden tot discussies binnen een gemeente, maar ook tussen accountants en gemeenten en kan uiteindelijk leiden tot een zeer arbeidsintensieve rechtmatigheidsverklaring. De vraag rijst in hoeverre de onlangs verschenen kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV in staat zal zijn om deze onduidelijkheid weg te nemen.
Inhoudsopgave
- Samenvatting
- Inleiding
- De drie criteria
- Opzet en resultaten van onderzoek
- Analyse
- Conclusies
- Literatuur