Voorbij de gesloten jeugdzorg, gesloten jeugdzorg voorbij?
Transformatie van JeugdzorgPlus.
Geen kind meer gesloten! Steeds meer aanbieders en gemeenten zijn ervan overtuigd dat het voor jongeren beter is om de gesloten jeugdzorg te vervangen door kleinschalige alternatieven en meer ambulante hulpverlening. Alleen zo zijn jongeren goed te helpen in hun ontwikkeling richting volwassenheid en zelfstandigheid. Dit is niet gemakkelijk, maar wel mogelijk.
Situatie
Levvel, jeugdhulpaanbieder in Amsterdam, is als één van de voorlopers bezig met een transformatie van de JeugdzorgPlus: van gesloten naar open, van grootschalig naar kleinschalig. Levvel heeft daarom onder andere het oude grootschalige terrein de Koppeling omgezet naar meerdere kleinschalige voorzieningen. Iedere jongere krijgt daar een integraal en doorlopend dagprogramma en zitten niet meer achter gesloten deuren. De focus ligt op wat de individuele jongere nodig heeft om zelfstandig te worden.
Wat is JeugdzorgPlus?
Binnen de JeugdzorgPlus (gesloten jeugdhulp) krijgen jongeren met complexe, meervoudige problemen hoogspecialistische hulp. Onvoorspelbaarheid is één van de belangrijke kenmerken van deze hulpverleningsvorm, vanwege de veelzijdige aard en ernst van de problematiek bij de jongeren (en vaak ook hun gezinssituatie). Denk aan een combinatie van verslavingsproblematiek, een traumatisch verleden, schooluitval en een onveilig sociaal netwerk. Een combinatie van behandeling, begeleiding en dagstructuur is nodig om deze jongeren op weg te helpen naar zelfstandigheid. Het afbouwen van de geslotenheid gebeurt in de ingewikkelde context dat de verouderde wettelijke eisen (waarop de inspectie toetst) lang niet altijd stroken met de toekomstbestendige wens om toe te werken naar snelle afbouw van de geslotenheid. Daarnaast staat de financiering van deze zorg onder druk.
Ontwikkelopdracht
RadarAdvies is door de directie van JeugdzorgPlus-leefgroepen gevraagd om samen met de teamleider te analyseren hoe dit proces vorm te geven bij één van de kleinschalige voorzieningen met deze vorm van hulpverlening; PinQ Intensief. Op deze locatie midden in een woonwijk worden voornamelijk meiden in de leeftijd van 12 tot 18 jaar behandeld met combinaties van psychiatrische problematiek en gedragsproblemen, die slachtoffer zijn geworden van seksueel geweld, seksuele uitbuiting of mensenhandel. Vaak hebben ze al een lange hulpverleningsgeschiedenis achter de rug wanneer ze bij PinQ Intensief geplaats worden.
Aanpak
Samen richtten de adviseur en teamleider zich op het herkennen en analyseren van knelpunten, en wat nodig was om verbeteringen te realiseren. Denk aan:
- Herijken van de zorginhoudelijk leidende methodiek, zodat deze praktisch realiseerbaar werd;
- Berekenen van wat vanuit de methodiek nodig is, en vanuit het budget mogelijk, aan inzet van personele capaciteit;
- Aanscherpen van functiebeschrijvingen en werkafspraken, waardoor taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden duidelijker gekaderd werden;
- Werving van een nieuw team van pedagogisch medewerkers dat uitvoering kan geven aan de nieuwe werkwijze.
De ‘blik van buitenaf’ van de adviseur was daarbij van belang om eventuele blinde vlekken binnen de organisatie te ontdekken, bespreekbaar te maken, en ruimte te maken voor het veranderproces. De teamleider zorgde voor continuïteit en veiligheid, en nam daarbij passende operationele beslissingen. Zij deden dit in nauwe samenwerking met het hele team van medewerkers op de locatie. In individuele gesprekken en teamoverleggen werden werkafspraken gemaakt voor een betere aansluiting tussen de methodische uitgangspunten en de praktijk van het primaire proces. Waar het ging om veranderingen in behandelrelaties door personeelswisselingen, werd dit met aandacht voor en van de individuele jongere gedaan. Ook de directie werd consequent betrokken en waar nodig om steun gevraagd.
Resultaat
De methodiek is weer leidend voor de praktijk; stapsgewijs is de draagkracht van het nieuw geworven team vergroot met trainingen, werkbegeleiding en intervisie. De bedrijfskundige randvoorwaarden zijn goed georganiseerd. Er wordt gewerkt aan een meerjarenplan voor de doorontwikkeling van zoveel mogelijk openheid, integrale en doorlopende dagstructuur, en toekomstbestendige bedrijfsvoering. Dit alles heeft ertoe geleid dat er nu structureel minder meiden achter gesloten deuren zitten.
Succesfactoren
Het bleek bij PinQ Intensief een gouden greep om de doorontwikkeling te beleggen bij een duo: de teamleider voor de operationele gang van zaken en de adviseur met de blik van buiten.
Belangrijke succesfactoren voor de veranderingen en uiteindelijk de afbouw van geslotenheid:
- De inhoud (de zorg voor de meiden) was telkens leidend voor het bepalen van werkprocessen, organisatie en aansturing.
- Het her- en erkennen van zorgen en behoeften van medewerkers in het primaire proces creëerde van begin af aan draagvlak voor het veranderproces.
- De open communicatie tussen directie, teamleider en adviseur maakte dat onderwerpen en pijnpunten op een transparante en doelgerichte manier geagendeerd werden.
- Een beetje lef bij het opzoeken van de grenzen van wat mag leidde tot pragmatische oplossingen voor belemmeringen (financieel, personeel, organisatorisch alsmede wet- en regelgeving).
- Vanuit een heldere koers je niet uit het veld laten staan, inzet plegen op beïnvloedbare factoren, óók wanneer het door de waan de dag soms traag lijkt te verlopen.
- Het veranderproces voldoende tijd geven, en medewerkers duidelijkheid, continuïteit en daardoor veiligheid.
Auteurs: Helmer Kalkwiek, Programmaleider Integraal leren en ontwikkelen bij LEVVEL (voormalig teamleider PinQ intensief) en Marjon Breed, senior adviseur RadarAdvies.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.