Huisartsen moeten BSN vanaf 1 april 2007 invoeren

Huisartsen, apotheken en ziekenhuizen moeten vanaf 1 april volgend jaar de opvolger van het sofi-nummer, het zogenoemde burger servicenummer (BSN) van patiënten in hun administratie opnemen. Maar ze hoeven niet in een keer het nummer van al hun patiënten te controleren. Als een patiënt pas over twee jaar voor het eerst langskomt, mag dat ook.

De verhalen van de huisartsenorganisatie LHV dat dit wel moet en dat dit 144 miljoen euro zou kosten, kloppen niet. Dat zei minister Hans Hoogervorst (Volksgezondheid) woensdag tijdens de behandeling van het voorstel om het BSN in de zorg in te voeren.

Volgens Hoogervorst levert het BSN de zorgsector juist geld op. Het invoeren kost 3,7 miljoen euro, daarna is er jaarlijks twee miljoen mee gemoeid. Maar volgens Cap Gemini levert het de zorgsector een besparing op het declaratieverkeer van 13,5 miljoen euro per jaar op, zei de minister.

De Tweede Kamer steunt de invoering van het BSN in de zorg. De komende twee jaar wordt het voor patiënten verplicht om zich met het BSN te identificeren als ze bij een zorgaanbieder aankloppen. Nu geldt al een identificatieplicht voor ziekenhuizen. Hoogervorst denkt dat ziekenhuizen daardoor nu al minder oninbare rekeningen hebben.

De maatregel is bedoeld om het declaratieverkeer te automatiseren, fraude tegen te gaan, maar ook om met diverse ICT-oplossingen de zorg efficiënter en beter te maken. Zo zal het nummer ook gebruikt worden in het elektronisch medicatiesysteem dat nog moet worden ingevoerd. Dat moet er onder meer voor zorgen dat mensen geen elkaar tegenwerkende medicijnen krijgen.

Vanaf juni volgend jaar moeten verloskundigen, fysiotherapeuten en andere zorgverleners met het BSN aan de slag. In 2008 wordt het nummer ook verplicht voor AWBZ-instellingen als verpleeghuizen. (anp)