Advertentie

Plattelandsgemeenten eisen aandacht

Henk Aalderink is burgemeester van Bronckhorst. Maar omdat Bronckhorst als plattelandsgemeente weinig landelijke aandacht krijgt (laat staan Europese), heeft hij samen met negen andere gemeenten de P10 opgericht, een lobbyclub van de grootste plattelandsgemeenten van Nederland. ‘Wij willen politieke aandacht, net als de wijken’, zegt Aalderink.

09 juni 2008

De plattelandsgemeenten lijken een ondergeschoven kindje van het kabinet, is de strekking van de kritiek van de P10 (de naam verwijst naar de G4 en G27, die respectievelijk de vier en 27 grootste gemeenten vertegenwoordigen). ‘Het kabinet is veel op toer, maar hoe vaak komen ze op het platteland?’, vraagt Aalderink retorisch.

 

Hij benadrukt dat hij ‘niet boos of zielig’ wil doen maar het viel hem en zijn collega’s wel op hoe veel politieke aandacht ‘de wijken’  krijgen. ‘Wij vragen om evenwicht, zowel in aandacht als financieel’, zegt Aalderink.

 

Om een beeld te geven van de P10 somt Aalderink enkele kenmerken op: de tien gemeenten zijn net zo groot als de provincie Zuid-Holland. Er zijn 217 kernen. Een van de problemen is de ontgroening: Bronckhorst heeft 31 basisscholen en vijf zwembaden. Als er minder mensen komen te wonen in de gemeente raakt dat al snel de kritische massa die nodig is voor dergelijke voorzieningen.

 

Naast aandacht en op termijn geld van het Rijk, onderzoekt de P10 of er ook te leren valt van andere Europese regio’s. Schrikbeeld is het platteland van Frankrijk, dat deels is leeggelopen en armoedig is. Ook kijken de plattelandsgemeenten ‘bij elkaar in de keuken’, ook dat is volgens Aalderink ‘pure winst’.

 

Behalve Bronckhorst bestaat de P10 uit Aa en Hunze, Berkelland, Borger-Odoorn, Hulst, Ooststellingwerf, Opsterland, Schouwen-Duivenland, Sluis en Westerveld.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie