Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

Vliegende politiewagens

Gemeenten, provincies en waterschappen moeten zich snel gaan buigen over het gebruik van onbemande vliegtuigjes (drones) bij civiele handhavingstaken. Daar wordt veel te weinig over nagedacht, terwijl de mogelijkheden legio zijn en gewoon geld opleveren.

25 april 2014
drone.jpg

Drones blijken tamelijk nutteloos bij de bestrijding van criminaliteit. Maar voor het uitvoeren van gemeentelijk toezicht zijn ze mogelijk goud waard.  En dankzij de precariobelasting ook een bron van inkomsten. Hoogste tijd voor de drone-ambtenaar.

Gemeenten, provincies en waterschappen moeten zich snel gaan buigen over het gebruik van onbemande vliegtuigjes (drones) bij civiele handhavingstaken. ‘Daar wordt veel te weinig over nagedacht, terwijl de mogelijkheden legio zijn en gewoon geld opleveren. Waarom denken gemeenten niet na over een drone-ambtenaar die zich bezighoudt met toezicht en handhaving? Moet van bouw-en woningtoezicht of de milieudienst iemand op pad terwijl de gemeente ook een drone kan inzetten?’ aldus Walter Parle­vliet, directeur van het Dutch Institute for Air Law & Policy in Zeist en auteur van het medio volgende maand te verschijnen handboek Luchtrecht, Internationale, Europese en nationale verkenning van een rechtsgebied in ontwikkeling. In dit boek pleit Parle­vliet voor herijking van het luchtrecht met de opkomst van drones als nieuwe luchtruim­gebruikers.

Een gemeente kan met onbemande vliegtuigjes veel sneller en efficiënter toezicht houden en haar gemeentelijke taken uitvoeren, meent Walter Parlevliet. Wat de politieauto is voor de agent, wordt de drone voor de gemeente. De werkterreinen zijn eindeloos. Parlevliet: ‘Een voorbeeld is het voorkomen dat mensen eigendom verkrijgen door verjaring. Mijnheer A. rekt zijn achtertuin op, maakt er een moestuin van, jaren later staat de gemeente op de stoep, maar dan is het te laat. De kans is groot dat hij gelijk krijgt van de rechter. Met een drone kan de gemeente haar eigendommen inspecteren en verlies van publieke eigendommen tegengaan. De gemeente kan met een drone controleren of mensen niet zonder of in strijd met de bouwvergunning bouwen, zonder of in afwijking van een sloopvergunning slopen of zonder of in afwijking van een kapvergunning een boom kappen. Een drone kan toezien op naleving van de milieuvoorschriften.

Als het fout zit, kan een politieagent proces-verbaal opmaken. Maar gemeenten kunnen drones ook gebruiken om crises te detecteren en te bestrijden, bijvoorbeeld op straat na een aanrijding, bij duinbranden of rivierdijken die op doorbreken staan.’

De politie is veel verder dan de gemeenten met het nadenken over de inzet van drones, constateert Walter Parlevliet. Zo heeft de politie een Unmanned Aerial Services (UAS)-organisatie opgericht om in de nabije toekomst zelf drones te kunnen vliegen. Dat zullen geen grote drones zijn, zoals de huidige Raven en de toekomstige ScanEagle van Defensie, maar kleinere en op de commerciële markt te verkrijgen toestellen die lager vliegen en zichtbaar en hoorbaar zijn. ‘We spreken doorgaans over meer blauw op straat, maar er zal in de nabije toekomst steeds meer blauw in de lucht komen. Dat is een onomkeerbare weg’, aldus Parlevliet.

Wilde Westen
Ook gemeenten zouden kunnen kiezen voor een samenwerkingsverband of drone-capaciteit kunnen onderbrengen bij de provincie. Maar dan moeten wel eerst de schaduwkanten, zoals schending van privacy, van het drone-gebruik worden belicht en de lacunes in de regelgeving worden weggewerkt, meent Parle­vliet. ‘We moeten drones gaan regelen en niet achter de feiten aanlopen. Anders wordt het chaos. Echt het Wilde Westen in de lucht.’

De huidige wet-en regelgeving met betrekking tot drones is volgens Parlevliet volstrekt onvoldoende en vooral toegespitst op de traditionele luchtvaartsector. Burgers mogen alleen op specifieke ‘vliegveldjes’ met hun drones spelen en verder alleen met een vergunning. Maar wie controleert dat?

‘Niemand, en daar zit het venijn voor de toekomst’, aldus Parlevliet. ‘Het is te gek voor woorden dat je een met audiovisuele opnameapparatuur uitgeruste drone kunt kopen en er feitelijk gewoon mee kunt vliegen. Iedereen kan ze betalen en iedereen kan ze met een iPhone besturen. Niets is geregistreerd. Voor honden geldt nota bene sinds vorig jaar wél een verplichte identificatie en registratie met chip.’

Drones gaan tussen burgers en overheden en burgers onderling voor veel spanning zorgen, voorspelt Parlevliet. ‘We hebben het al meegemaakt met drones die over het Gooi vlogen en bij de Efteling. In Australië is begin deze maand een drone gehackt waardoor deze onbestuurbaar werd en op een atlete stortte die een triatlon liep. Wie is aansprakelijk voor de letselschade? Van wie is de drone? Wie is de dader? Die zit kilometers verder op een zolderkamer.’

Ook wreekt zich hier een bewijsprobleem, aldus Parlevliet. ‘Een auto rijdt op straat, daar kijk je naar en er zijn altijd wel getuigen van ongelukken. Maar wie kijkt naar wat er boven ons gebeurt? Wat als een drone met een noodgang tegen een elektriciteitsmast vliegt en ontploft? Of als twee drones met elkaar botsen?’

Onopgeloste vragen
Voor lokale overheden zijn er nog veel meer onopgeloste vragen over drones, en dat terwijl ze al volop in de handel zijn en (illegaal) rondvliegen. ‘In de Gemeentewet is nu flexibel cameratoezicht door de gemeente opgenomen. Alsof je daarmee het onderwerp drones hebt behandeld. Er zitten nog veel meer aspecten aan drones die aandacht verdienen’, meent Parlevliet.

Een paar voorbeelden: ‘Als een schoenenwinkelier of een slijter in Nijmegen een reclamezuil neerzet, dan moet hij reclamebelasting betalen. Daar zijn gemeenten scherp op in deze crisistijden. Maar wat als tijdens de Vierdaagse boven een leeg veldje een grote schoen of een bierblik aan een drone in de lucht hangt? Betaalt hij dan niets? Ik heb niet de indruk dat iemand in gemeenteland zich daarover heeft gebogen. Dat is vreemd, want er is geld te verdienen. Denk ook aan de precariobelasting. Ik betaal voor een container die ik op gemeentegrond zet. Mag een drone wel kosteloos boven gemeentegrond hangen?’

Hier wreekt zich volgens Parlevliet dat de discussie over drones zich in gemeenteland richt op hun inzet bij strafrechtelijk onderzoek en handhaving van de openbare orde. ‘Terwijl hun nut bij de uitvoering van civiele taken vele malen groter is’, zegt ook Rejo Zenger. Hij doet op persoonlijke titel onderzoek naar de inzet van Defensie-drones door de politie en werkt bij de organisatie voor digitale burgerrechten Bits of Freedom.

‘De grote Raven drones die de afgelopen jaren door Defensie voor de politie zijn ingezet, leveren weinig bruikbaars op’, aldus Zenger. Het Algemeen Dagblad berichtte vorig najaar al dat het achterblijven van ‘concrete resultaten’ had geleid tot terughoudendheid bij hun inzet. Zenger: ‘De politie gebruikte de Raven in 2011 en 2012 veelvuldig omdat ze nieuw waren. Men vond het een interessant speeltje dat veel zou opleveren, maar de beelden bleken van onvoldoende kwaliteit. Ze zijn niet scherp genoeg. De politie ziet te weinig, waardoor iedereen die in de camera van de drone loopt, verdacht is. De winst van de drone-inzet is daardoor heel beperkt. Soms is de effectiviteit zelfs minder dan van conventionele opsporingsmiddelen. De afgelopen jaren heeft de politie naar eigen zeggen bij slechts vier zaken baat gehad van de Raven.’

Behoorlijk nutteloos
Burgemeester Herman Kaiser van Arnhem merkte dat de Raven behoorlijk nutteloos kan zijn. Tussen 8 november 2012 en 25 januari 2013 vlogen in opdracht van Justitie iedere donderdag- en vrijdagnacht drones boven Arnhem in een poging inbrekers, overvallers en autokrakers op te sporen. D66 stelde raadsvragen over deze nachtelijke escapades, waarna burgemeester Kaiser liet weten dat de toestellen niet weer het luchtruim zouden kiezen. Hun maandenlange inzet had, staat te lezen in een evaluatie, bijgedragen aan drie vervolgingen voor hennepplantages, een vervolging voor diefstal van oud ijzer en een vervolging voor het bezit van inbrekerswerktuigen. De inzet boven Arnhem werd afgeblazen toen een Raven in de Rijkerwoerdse Plassen belandde. De landmacht legde de Raven een tijdelijk vliegverbod op. Het incident stond namelijk niet op zichzelf en had volgens de flight safety officer van de Defensie-drones ‘aardig wat stof doen opwaaien bij het Openbaar Ministerie’. Het was niet het eerste ongeval met de Defensie-drone. Eerder was er één tegen een gebouw en een andere tegen een hijskraan gevlogen.

De Raven van Defensie is eind 2012 ook veelvuldig ingezet boven Ede en Harlingen. Burgemeester Van der Knaap van Ede laat weten ‘geen behoefte te hebben hierover uitleg en duiding te geven’, terwijl zijn collega in Harlingen Sluiter meldt het ‘niet zinvol’ te vinden ‘de inzet weer op te rakelen of mee te gaan in obligate praatjes aangaande privacy’.

Rejo Zenger van Bits of Freedom: ‘Als het burgemeesters goed uitkomt dan zijn ze positief over de drones, maar als journalisten of burgers ernaar vragen dan zijn ze muisstil. Een mooi voorbeeld is de burgemeester van Almere, die in de media opschepte over de drones, maar na een Wob-verzoek de resultaten uit de evaluatie liet schrappen. Misschien wel uit gêne, want de resultaten zijn pover.’

Toch is Rejo Zenger van Bits of Freedom geen tegenstander van drones, integendeel. ‘Ik vind het fantastische apparaten. Je kunt er als overheid zinnige dingen mee doen. Denk aan het maken van een situatieschets van een verkeersongeluk. Of het snel verkrijgen van een goed beeld na een ramp, brand of explosie. De Raven is ook ingezet om een vermiste schaatser op te sporen met infraroodcamera’s. Die toepassingen zijn heel nuttig. Waar het mis gaat, is als de politie denkt de agent te kunnen vervangen door een drone.’


Drones toegestaan bij bewaking openbare orde
Gemeenten mogen sinds 1 april van dit jaar op eigen gezag mobiele camera’s (waaronder drones) inzetten om de openbare orde te bewaken. Tot die tijd konden drones, weliswaar in overleg, alleen worden ingezet door het OM. De oude Gemeentewet (artikel 151c) bepaalde dat gemeenten voor cameratoezicht louter aangebrachte camera’s konden inzetten. Gemeenten hadden evenwel behoefte aan een ‘meer flexibele inzet van cameratoezicht in de publieke ruimte’, aldus minister Opstelten, die het wetsvoorstel had ingediend. Er worden geen technische beperkingen aan de camera’s gesteld.

De burgemeester moet wel aannemelijk maken dat de grotere inbreuk op de privacy gerechtvaardigd is. In plaats van een plaatsingsbesluit voor cameratoezicht, komt er een gebiedsaanwijzing waarin wordt bepaald binnen welk gebied de mobiele camera’s geplaatst en verplaatst mogen worden. In het gebied moet de inzet van de camera’s met borden kenbaar worden gemaakt. Gemeenten moeten van tevoren de duur van cameratoezicht vaststellen. Er hoeft niet steeds daadwerkelijk sprake te zijn van een verstoring van de openbare orde of van een concrete dreiging daarvan. Met het voorstel wordt het volgens een meerderheid van de Tweede Kamer mogelijk om aanhoudend, verplaatsend overlast door hangjongeren, drugsgebruikers, drugsdealers, straatrovers, zakkenrollers en vandalen beter te volgen en aan te pakken.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie