Europese superman
In april 2005 kwamen de kardinalen in Rome bijeen om in de beslotenheid van de Sixtijnse kapel een nieuwe paus te kiezen. De katholieke gelovigen mochten hoopvol staren naar dé schoorsteen of er witte rook uit zou komen. En toen die kwam, heette de paus Benedictus XVI.
In juni 2005 mocht de Nederlander per referendum vóór of tegen een nieuwe grondwet voor Europa stemmen. Met een opkomst, die nog nooit was vertoond bij Europese verkiezingen, zei 61,6 procent van de Nederlanders ‘nee’ tegen de Grondwet en ook ‘nee’ tegen een ‘president’ van de Europese Unie.
Beide kiessystemen lijken logisch. God is niet democratisch, dus de benoeming van zijn vertegenwoordiger op aarde ook niet. Maar de EU en Nederland waren dat anno 2005 wel, dacht ik.
Het ‘nee’ van de Nederlanders, de Ieren, de Fransen werd niet geaccepteerd. Er kwam een nieuwe variant: het Verdrag van Lissabon. Ineens deed de mening van de Nederlander er niet meer toe. Het Verdrag van Lissabon was slechts een bijstelling van eerdere verdragen, dus werd het door beide Kamers gejaagd. Alle tegenstanders in de EU werden onder druk gezet. Een ‘nee’ was onacceptabel. Uiteindelijk was er nog één opponent: de Tsjechische president Klaus. Hij werd gepaaid met een uitzonderingspositie. Het Handvest van de Grondrechten geldt nu ineens niet voor Tsjechië.
Eindelijk kon het handjeklap achter de schermen beginnen. Wie wordt de eerste president van de Europese Unie? Wordt het Blair, Van Rompuy (België), Juncker (Luxemburg) of de ontkennende Balkenende. Het Europese Parlement heeft er niets over te zeggen, de nationale parlementen evenmin, de Europese Commissie ook niet, en burgers al helemaal niet.
Staatshoofden en regeringsleiders wheelen and dealen in de virtuele Sixtijnse kapel van Brussel. Moet het een technocratisch voorzitter worden van de Raad van de EU of een echte president? Moet het een christen zijn of een sociaaldemocraat? Zeker geen Berlusconi! Berlijn en Parijs sluiten een akkoord over een gezamenlijke kandidaat.
Al vóór 2005 maakte een politicus een wijze opmerking over de Europese president: ‘Dat betekent de introductie van een Europese Superman of Superwoman die niet democratisch is gekozen door burgers of volksvertegenwoordigers en die geen verantwoording schuldig is aan een democratisch controlerend orgaan.’ Deze staatsman waarschuwde voor pausverkiezingen en oncontroleerbare macht in de Europese Unie. In de 21e eeuw staan we erbij en kijken ernaar. De naam van de politicus die al in 2003 waarschuwde voor dit onzalige idee is: Jan Peter Balkenende.
Herman van Rompuy spreekt niet alleen goed Frans, hij is ook degelijk gevormd binnen de jezuïtische traditie en die eigenschap is wel handig in Europa. Wat dat betreft heeft onze eigen Ruud Lubbers ook geschiktere competenties dan de hoekige, zakelijke Jan Peter.