Kwart raadsleden haakt voortijdig af
In vergelijking met de vorige raadsperiode is het aatal raadsleden dat uiteindelijk wethouder wordt, met tien procent toegenomen. Van het aantal raadsleden (25,6%)dat tussentijds zijn raadszetel inlevert, wordt meer dan de helft wethouder. Vier jaar geleden was dat veertig procent. Dit blijkt uit onderzoek van Henk Bouwmans van De Collegetafel.
Een op de vier gemeenteraadsleden maakt zijn ‘zittingsperiode’ niet af. Veruit de belangrijkste reden voor het tussentijds afhaken is het wethouderschap (52,4%), gevolgd door een andere baan waarmee het raadslidmaatschap niet te verenigen valt of een nieuwe baan (samen 21,9%).
Politieke conflicten
Zo werd diverse raadsleden burgemeester, gedeputeerde of Kamerlid. Ook politieke conflicten (6,7%) en privé-omstandigheden (17,3%) zijn reden om de raadszetel tussentijds op te geven.
Kleine gemeenten
Dit blijkt uit onderzoek onder alle gemeenten groter dan 100.000 inwoners (27 stuks) en alle 34 gemeenten kleiner dan 10.000 inwoners. Het onderzoek is uitgevoerd door Henk Bouwmans, voorzitter van De Collegetafel, en liep tot 1 maart. In kleine gemeenten vertrekken meer raadsleden dan in gemeenten met meer dan 100.000 inwoners.
Vrijwillig vertrek
De meeste raadsleden die wethouder worden (42%), verruilen hun rol als volksvertegenwoordiger al meteen bij de collegevorming; direct na de raadsverkiezingen dus. Zo’n tien procent van de raadsleden die voor het wethouderspluche kiest, doet dat gedurende de raadsperiode. Dit gebeurt bijvoorbeeld als een zittende wethouder vrijwillig vertrekt (de voormalige Haagse wethouder Sander Dekker die staatssecretaris OCW werd) of vanwege een politieke crisis het veld moet ruimen.
Benoemd vanuit fractie
Een nieuwe wethouder wordt in veel gevallen vanuit de fractie benoemd, zo blijkt verder uit het onderzoek. Dit gebeurt ook in Eindhoven, waar het PvdA-raadslid Yasin Torunoglu door de fractie is voorgedragen als opvolger van de vorige week opgestapte Mary Fiers.
Meer wethoudersbenoemingen
In de vorige raadsperiode (2006-2010) haakte eveneens een kwart van de raadsleden tussentijds af. Een wethoudersbenoeming was toen voor veertig procent reden om het raadslidmaatschap op te zeggen. Dit is deze periode met ruim tien procent gestegen.
Stemmentrekkers
‘De voorzichtige conclusie mag zijn dat het wethouderschap meer nog dan vier jaar geleden voor raadsleden belangrijker is dat het raadswerk’, aldus Bouwmans. Puur vanuit het dualisme bekeken zou een wethouder niet op de kieslijst gezet moeten worden. ‘De ‘wethouderfactor’ is echter belangrijk’, zo concludeert Bouwmans op basis van zijn onderzoek. Simpel weg omdat het over het algemeen stemmertrekkers zijn.
Over een jaar minus een dag zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Politieke partijen maar ook gemeenten zijn al druk bezig nieuwe raadsleden te werven.
Verder is ook het vaak ingevoerde vergader-systeem de oorzaak van doldraaien. Met elke 14 dagen een volle avond opdraven voor iets waar je niks over mag zeggen: het zogeheten PMC-model (AH had ooit al een Premie van de Maand Club) jaagt vooral jongeren de tent uit. Jammer want nu blijven alleen oude mastodonten over om daar hun plasje te doen.